My Taylor is rich. Over mevrouw Swift en meneer Shakespeare.
Taylor Swift (links) versus Shakespeare.
foto © Belga/wiki
Sinds het midden van de zomer staan onze kranten vol literaire berichten. Toegegeven, de meeste gaan over een Amerikaanse popzangeres, maar toch.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementLiteratuurliefhebbers mogen niet klagen dezer dagen: sinds het midden van de zomer staan onze kranten vol literaire berichten. Toegegeven, de meeste gaan over een Amerikaanse popzangeres, maar toch, ergens gaan ze ook over de schone letteren. Dat is uiteindelijk altijd goed nieuws.
Hoe een en ander precies zit weet iedereen intussen, van Poesele (East-Flanders) tot Pittsburgh (Pennsylvania): in het academiejaar ‘23-‘24 zijn de liedjesteksten van Taylor Swift het onderwerp van een cursus aan de Universiteit Gent. In de opleiding Historische Taal- en Letterkunde nog wel. Behalve letterkundig is Taylor Swift dus meteen historisch. Twee keer prijs, met andere woorden.
Nee, toch? Ja, toch?
Heel wat mensen blijken intussen een mening te hebben over de wenselijkheid van zo’n cursus. Die meningen zijn naargelang de bron hetzij ‘bitter’ hetzij ‘sweet’, maar nooit de twee tegelijk, zoals de liedjes van de genaamde zangeres. Taylor Swift literatuur? Aan een universiteit dan nog wel! In een mastercursus bovendien! Nee, toch? Ja, toch? Waarom niet? Waarom wel?
Begin augustus stond het programma van de opleiding nog niet goed online of journalisten van over heel de wereld hingen aan de lijn bij de communicatiedienst van de UGent. En niet omdat het komkommertijd was: Taylor Swift is ten slotte elke dag van het jaar wereldnieuws.
Gevleugelde verzen
Het academiejaar is intussen van start gegaan en de aandacht voor de cursus blijft onverminderd. Verschillende kranten stuurden een reporter naar de aula waar het vak wordt gegeven. Er was zelfs een cameraploeg.
Op de dag dat ik dit stukje schrijf brengt De Standaard niet alleen verslag uit van het eerste college in de reeks van twaalf, de krant wijdt ook een heuse quiz aan de kwestie. Tien citaten krijgt de deelnemer voorgeschoteld. Tien gevleugelde verzen waarvan we moeten zeggen of ze uit de pen van Shakespeare komen of uit de schrijfmachine van Swift.
Makkie
Doorgaans vind ik quizjes leuk, zeker in De Standaard, die ik in het weekend altijd koop voor Karels Crypto. Maar een quiz waarvan je met zekerheid weet dat al je antwoorden juist zijn? Nee, dat is maar niets. De spanning voor een quizzer zit niet alleen in het weten, maar ook in het niet weten en in het twijfelen. En in het feit dat je bij een fout antwoord meteen ook iets bijleert. Deze keer niet dus.
Dat ik tien op tien haalde, is echt niet omdat ik wel eens een stuk van Shakespeare lees en evenmin omdat ik wel eens naar een plaat van Taylor Swift luister (Folklore is mijn favoriet. Ze staat op terwijl ik dit schrijf.) Het is ook niet omdat alle citaten uit de greatest hits van Swift en Shakespeare blijken te komen. Er zit gewoonweg een wereld van verschil tussen hun teksten. Verschil in stijl, in taalgebruik, in ritmiek, in toon, in gradaties van subtiliteit.
Shakespeare schrijft in jambische vijfvoeters, verzen van tien lettergrepen, Taylor Swift niet. Vraag drie van de Standaard-quiz is wat dat betreft een makkie: ‘I’m like the water when your ship rolled in that night / Rough on the surface but you cut through like a knife.’ Twee keer twaalf lettergrepen, maar tegelijk geen zuivere alexandrijnen. Zoiets kan Shakespeare nooit hebben geschreven. Teveel lettergrepen, te weinig ritme.
We are Taylor
Er is nog een verschil. In de liedjes van Swift gaat het bijna altijd over een ‘I’ of een ‘me’, een ik dat zijn leed of geluk bezingt. Dat is hier niet anders. De luisteraar wordt ook verondersteld die ‘ik’ te identificeren met de zangeres. Als het in de liedjes over liefdesbedrog gaat, dan gaat het over het hartzeer van Taylor zelf. Als er tranen rollen, dan zijn het de hare. Dat verklaart waarom veel van haar fans zich zo sterk met haar identificeren. De fans begrijpen Taylor, want ze zijn Taylor.
Shakespeare schrijft niet op die manier in de ik-vorm. De ‘ikken’ die in zijn toneelteksten spreken zijn personages, niet de auteur. Als er al een ‘ik’ is, dan komt die in geen jaren in de buurt van de man die het personage bedacht. Zelfs in zijn sonnetten niet: wie daar de ‘ik’ met de auteur verwart, moet beter leren lezen.
Met Shakespeare valt er dan ook weinig of niet te identificeren. Hij wist zich in zijn teksten zo goed te verbergen dat er na meer dan vier eeuwen nog altijd cursussen over hem worden gegeven.
Shakespeare, fans?
Van Shakespeare weten we zo goed als niets. Wat was zijn geloof, zijn geaardheid, zijn politieke overtuiging, zijn wereldbeeld? We hebben er het raden naar. Als hij vandaag zou leven, zou hij het in de wereld van Taylor Swift niet lang volhouden. Het is een wereld waarin de maker ook zichzelf moet verkopen, of minstens een beeld van zichzelf waartoe de fan zich kan verhouden. Shakespeare en fans, dat zou nooit een goede match zijn.
Naar ik hoor is er veel enthousiasme over die Swift-cursus. Bij studenten, bij buitenstaanders, bij medewerkers. Er zijn natuurlijk ook zure opmerkingen, heel wat zelfs. Bij De Morgen bijvoorbeeld: ‘een aula is geen kleutertuin’. Maar ook bij ouders van studenten: ‘betalen we daar zoveel geld voor?’. Het valt zelfs niet uit te sluiten dat er ook professoren zijn die het idee maar niets vinden.
Goed genoeg
Zelf heb ik veel sympathie voor de argumenten waarmee de lesgever van het vak haar critici van repliek dient. Wie ervan uitgaat dat de teksten van Taylor Swift niet thuishoren in een cursus letterkunde, gaat voorbij aan de kern van academisch onderwijs: niet het onderwerp an sich is van belang, wel de manier waarop dat onderwerp behandeld, gekaderd en bestudeerd wordt. En wat dat betreft hoeft niemand zich in dit geval zorgen te maken.
Op één punt verschil ik wel van mening met de lesgever. In verschillende interviews zegt ze dat er eigenlijk geen verschil is tussen de teksten van Taylor Swift en die van Shakespeare. Dat is er wel: zie supra.
Let wel: dat verschil is niet het verschil tussen goed en slecht, of niet goed genoeg. Natuurlijk is Taylor Swift niet zo’n groot schrijver als Shakespeare, maar wie is dat wel? En bovendien: wat is ‘goed’? En wat ‘goed genoeg’? Misschien moeten we over die kwestie volgend jaar eens een cursus plannen.
Jürgen Pieters doceert literatuurwetenschap en 'Creative criticism' aan de Universiteit Gent. Recent verschenen 'Literature and Consolation' (Edinburgh University Press) en 'Een boekje troost' (Borgerhoff & Lamberigts). Hij werkt aan een nieuw boek over lezen in contexten van zorg.
De lotgevallen van Don Quichot lijken ‘wreed grappig’, maar kunnen evengoed een toonbeeld van zelfopoffering uit een verloren gegane wereld zijn.
‘Moslimhater valt kerstmarkt aan’: het leek voor vele media een haast verfrissend discours. Maar heel wat vragen blijven onbeantwoord.