JavaScript is required for this website to work.
Europa

Nederland en Oostenrijk willen EU hervormen

Theo Lansloot5/1/2018Leestijd 3 minuten
Nederlands minister-president Mark Rutte

Nederlands minister-president Mark Rutte

foto © Reporters

De Nederlandse premier Mark Rutte ging zoete broodjes bakken met zijn ambtgenoot van Oostenrijk, de conservatief Sebastian Kurz.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De Nederlandse minister-president Mark Rutte — zelf pianist — was door de pas aangetreden Oostenrijkse bondskanselier, Sebastian Kurz, uitgenodigd om in het Musikverein in Wenen het Nieuwjaarsconcert door de Wiener Philharmoniker bij te wonen.

Jonge conservatieve bondskanselier

De 31-jarige Kurz is de voorman van de centrumrechtse Österreichische Volkspartei (ÖVP). Binnen de EU zit die in de Europese Volkspartij waarvan ook Belgische partijen met christendemocratische inslag deel uitmaken.

De ÖVP vormde een regering met de Freiheitliche Partei Österreichs (FPÖ). Die partij wordt veelal afgedaan als populistisch, extreemrechts, nationalistisch en liberaal–conservatief.

Overleg over migratie en monetair beleid

De twee regeringsleiders maakten van de gelegenheid gebruik om overleg te plegen over de toekomst van de Europese Unie (EU). Voor de tweede helft van dit jaar wordt Oostenrijk immers de roulerende EU-voorzitter.

Volgens de onafhankelijke Nederlandse nieuwssite Europa Nu bespraken beide regeringsleiders onder meer het EU-beleid aangaande migratie en de monetaire unie. Volgens dezelfde bron zitten Nederland en Oostenrijk ‘wat Europa betreft op veel punten op één lijn’. 

Rutte verklaarde dat de twee landen voorstander zijn van een Europese samenwerking die concrete resultaten oplevert, met name op het gebied van migratie en een sterke monetaire unie. Als basis van die unie ziet hij de EU-lidstaten die een goed economisch beleid voeren en hun financiële huishouding op orde hebben. Dit wil zeggen dat zij voldoen aan de vijf in het Verdrag van Maastricht overeengekomen kwalificatie-eisen voor deelname aan de Economische en Monetaire Unie (EMU).

Hervorming tot een begrotingsunie

Al geruime tijd is er sprake van een mogelijke hervorming van de EMU door een Europese Conventie zoals bepaald in artikel 48 van het EU–Verdrag (1992) en het daarbij aansluitende ‘Werkingsverdrag’ van 2009. Het doel van die hervorming is te komen tot een begrotingsunie. Die zou de EU machtigen om direct in te grijpen in de belasting- en begrotingspolitiek van een euroland als dat financiële steun van zijn partners krijgt. Die Conventie is er tot dusver helaas niet gekomen. Rutte en Kurz willen die kennelijk weer op de agenda brengen. De EMU zou er wel bij varen, maar de tegenstand van de tekort schietende lidstaten is groot.

Zowel Rutte als Kurz willen een moderne meerjarenbegroting, die de EU klaarmaakt voor het komende decennium.

Een strenger migratiebeleid

Wat migratie betreft is Nederland binnen de EU één van de landen met het strengste asielbeleid. De kans dat een asielzoeker een verblijfsvergunning krijgt, is kleiner dan in bijvoorbeeld Duitsland, België en Zweden. Niettemin is het percentage verstrekte verblijfsvergunningen behoorlijk hoog.

Oostenrijk is ook voorstander van een streng asielbeleid met streng gecontroleerde buitengrenzen. Bondskanselier Kurz oordeelt dat het vluchtelingen- en migratiebeleid van de EU dringend correctie behoeven, omdat volgens hem de grenzen tussen asiel en economische migratie momenteel zijn vervaagd. Hij wil in de eerste plaats mensen helpen in hun eigen land of in de buurlanden zodat zij niet meer geneigd zijn naar Europa te emigreren.

Opmerkelijk was dat tijdens de gesprekken tussen Kurz en Rutte, naar verluidt, qua asielbeleid het begrip ‘subsidiariteit’ opdook. Dit betekent dat zaken alleen op Europees niveau moeten worden geregeld als dat op nationaal niveau niet kan.

In het communiqué van de bondskanselier na afloop van het overleg staat te lezen dat volgens beide regeringsleiders ‘het principe van de subsidiariteit op Europees niveau weer sterker op de voorgrond moet komen te staan’. Een echt EU–beleid op het deel asiel en vluchtelingen bestaat overigens niet. Iedere lidstaat gaat zowat zijn eigen gang. Orde op zaken stellen is dus geen luxe.

Op zoek naar nieuwe partners

Naar verluidt spraken Kurz en Rutte ook over de brexit. Geen wonder, want als de Britten de EU verlaten zijn nieuwe vrienden altijd welkom. Het VK is zowel politiek als commercieel voor Nederland — net als voor Vlaanderen — van groot belang. Bovendien willen nettobetalers als Nederland en Oostenrijk niet nog meer afdragen aan de EU na het wegvallen van de Britse miljardenbijdrage aan de Unie. Kurz was op dat punt heel duidelijk: ‘Als een grote lidstaat de Unie verlaat, moeten de structuren van de Unie afgeslankt en aangepast worden’. Voor het EU–establishment is dat onaanvaardbaar.

De Nederlandse minister-president zag het huidige overleg als de start van een jaar waarin Nederland en Oostenrijk intensief zullen samenwerken.

Afwachten of ons landje met zijn doorgaans twee gezichten op dat alles reageert. Overleg met Den Haag lijkt dus verre van overbodig en dat zowel zijdens premier Michel als minister–president Geert Bourgeois. Beiden onderhouden gelukkig goede betrekkingen met minister–president Rutte.

Theo Lansloot (1931 -2020) was licentiaat handels- en financiële wetenschappen. Hij was als ambassadeur op rust publicist bij verschillende media. Door zijn professionele achtergrond was hij welbeslagen inzake diplomatie en internationale politiek. Ook volgde Theo de verhoudingen tussen Nederland en Vlaanderen op de voet.

Commentaren en reacties