Nieuwe btw-regels: een administratieve en technische nachtmerrie
Nekt de EU haar eigen digitale economie?
Op 1 januari treden er nieuwe btw-regels in werking voor de verkoop van ’telecommunicatiediensten, radio- en televisieomroepdiensten of elektronische diensten’ aan particuliere klanten in een andere EU-lidstaat. De regeling zou het systeem eerlijker moeten maken, en zou kleine Belgische bedrijven moeten helpen concurreren tegen de grote spelers. Maar de werkelijke gevolgen zouden wel eens catastrofaal kunnen zijn voor wie op kleine schaal aan onlineverkoop doet.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementEen tiental bladzijden worden er aan gewijd, in de programmawet van 19 december 2014. Zoals meestal bij de implementatie van een Europese richtlijn in een Belgische wet is het haast onopgemerkt voorbijgegaan. Van het Berlaymontgebouw en het Luxemburgplein gaan de teksten naar de Wetstraat. Daar worden ze in een Belgische wet gegoten en goedgekeurd. De pers en parlementsleden zijn zelden voldoende geïnteresseerd om de teksten te lezen, want de beslissing is dan immers al lang genomen. Het parlement dient ze slechts uit te voeren. Zo ook met deze btw-regel. ‘De Koning bepaalt de toepassingsmodaliteiten van dit artikel’ stelt de programmawet, volgens de geijkte formulering. De koning, momenteel op vakantie in India, kan maar beter haast maken. Iedereen die elektronische diensten verkoopt, is immers vanaf 1 januari aan deze nieuwe regelgeving gebonden.
Waar gaat het concreet over? Stel, je bent muzikant, en via je website bied je tegen betaling MP3 bestanden aan. Of misschien verkoop je wel digitale partituren online? Misschien verkoop je een digitaal abonnement op je tijdschrift of weblog? Ben je fotograaf, en verkoop je downloads van je werk? Of misschien verkoop je breipatronen, cursussen, video’s of PowerPointpresentaties? Wie dat vandaag doet, rekent het btw-tarief van het land waar hij zelf gevestigd is. 21% dus in België. Maar in Luxemburg bijvoorbeeld, geldt een btw-tarief van 15% op digitale muziekdownloads, en slechts 3% op e-books. ‘Concurrentievervalsing’, zeggen onze politici. Onze eigen bedrijven moeten met gelijke wapens kunnen strijden tegen de internetgiganten zoals Amazon, dat haar Europese afdeling in Luxemburg heeft. En dus wordt de wet aangepast. Vanaf 1 januari, moet je de btw rekenen van het land waarin de klant gevestigd is. Ook Amazon zal vanuit Luxemburg dus 21% btw moeten rekenen wanneer het een e-book verkoopt aan een Belgische klant, in plaats van de 3% die het vandaag mag rekenen.
‘Klinkt logisch’, zul je misschien denken. Een gelijkaardig systeem is vandaag reeds van kracht voor de verkoop van fysieke goederen, die naar je adres worden opgestuurd. Maar er rijzen tal van praktische moeilijkheden, die kleinschalige verkopers makkelijk de das kunnen omdoen. Vooreerst is er uiteraard de vraag hoe je weet waar je klant woont. Het is de verantwoordelijkheid van de webwinkel om op minstens twee (en in sommige gevallen drie) manieren de locatie van de klant te achterhalen, maar het is onduidelijk hoe dit praktisch moet werken. Vooral voor kleine webwinkels, die niet zelf de kredietkaartbetaling afhandelen, maar gebruik maken van diensten zoals PayPal. Webwinkels worden ook verplicht om deze informatie tien jaar bij te houden.
Bij de verkoop van fysieke goederen, geldt er (nog tot 2016) een minimum bedrag. Wie in z’n Belgische webwinkel occasioneel eens een buitenlandse klant heeft, mag de Belgische btw blijven aanrekenen zolang zijn jaarlijkse verkoop per ander land onder een bepaalde drempel blijft (die drempel varieert tussen de 35.000 en 100.000 euro per jaar, afhankelijk van het land). In de nieuwe regeling voor digitale goederen, geldt er geen dergelijke vrijstelling. Vanaf de eerste eurocent verkoop aan een buitenlandse klant, moet je het btw-tarief van het land van de klant rekenen. Gecombineerd met de Europese verplichting om prijzen inclusief btw te afficheren, vormt dit een grote uitdaging. Een Belgische klant moet de prijzen inclusief Belgische btw op je website zien, een Poolse klant die inclusief Poolse btw. Ook wanneer die klant zich op vakantie bevindt in Luxemburg, moet je hem, voor hij de eigenlijke aankoop uitvoert, en dus voordat je eventuele kredietkaart gegevens kent, de prijs tonen met de btw van het land waarin hij woont.
De nieuwe regelgeving geldt trouwens niet alleen voor Europese webwinkels. Iedere onlinewinkel, waar ook ter wereld, wordt vanaf 1 januari verondersteld btw af te dragen in Europa, voor iedere transactie, hoe klein ook, met een Europese klant. Het is zeer de vraag hoe dit ooit kan worden afgedwongen wanneer het bedrijf in kwestie geen enkele aanwezigheid in Europa heeft. Toch bouwen sommige Amerikaanse online verkoopplatformen alvast functionaliteit in die webwinkeleigenaars toelaat om Europese klanten volledig uit te sluiten. Liever dan de administratieve last te dragen van het toepassen van de verschillende btw-wetgeving van de 28 lidstaten, doen ze gewoon geen zaken meer in Europa. Ook voor kleinschalige Europese webwinkels lijkt dit de eenvoudigste oplossing: een Vlaams tijdschrift dat online abonnementen verkoopt, kan vermoedelijk maar beter buitenlandse klanten weigeren. Maar ook dat is, afhankelijk van hoe de betalingen worden afgehandeld, technisch niet altijd evident.
Het vrij verkeer van goederen en diensten, dat is waar het Europese interne markt om draait. Maar deze nieuwe regelgeving zou wel eens het tegenovergestelde effect kunnen hebben. Tijdens het online winkelen, zullen Europeanen vermoedelijk steeds vaker de melding ‘Deze dienst in niet beschikbaar in uw land’ te zien krijgen. En waar politici nu verkondigen dat de nieuwe regeling lokale winkels moet helpen concurreren tegen internationale spelers, is het eerder waarschijnlijk dat die lokale winkels hun eigen website zullen opdoeken en uit noodzaak in zee zullen gaan met die internationale spelers. Want wie heeft de middelen om een juridische dienst de 28 verschillende btw-wetgevingen te laten opvolgen? Wie werkt samen met krediet kaart afhandelaars, die toestaan om het land van de klant te achterhalen? Juist: de Amazons, Apples en Googles van deze wereld. Gedaan dus met het verkopen van Mac-software op je eigen website, in de Mac App Store ermee. Ja, Apple gaat met een flink stuk van je winst aan de haal, maar zelf kun je het risico niet nemen vervolgd te worden, omdat je niet op de hoogte was van een btw-aanpassing in Malta (of in gelijk welk ander EU land). Gedaan met het zelf verkopen van je pennenvruchten, laat Amazon dat voor jou doen in hun Kindle Store, dan ben je van de btw-administratie af. En zo nekt de EU net die lokale webwinkels die het beweert te willen beschermen. Amazon zal hen dankbaar zijn.
In India kreeg de Congrespartij klappen in de verkiezingen. Die werden gewonnen door Narendra Modi, de man die staat voor … verandering.
Evolueren we naar een politiek model zoals in een communistische eenpartijstaat? Ontdek het in ‘Ondernemen in Achterland 1.0’.