JavaScript is required for this website to work.
Europa

Roger Scruton: is deze filosoof nu reactionair, conservatief of beide?

Bekentenissen van een reactionair (6). Negen afleveringen uit een interview van Jean-Pierre Rondas met de Engelse filosoof Roger Scruton.

Jean-Pierre Rondas9/9/2017Leestijd 3 minuten
Sir Roger Scruton

Sir Roger Scruton

foto © Reporters

Na al het voorgaande wordt het tijd dat Scruton eens zijn positie bepaalt tegenover de Sovjetunie, achtenzestig en links in het algemeen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Na al het voorgaande wordt het tijd dat Scruton eens zijn positie bepaalt tegenover de Sovjet-Unie, achtenzestig en links in het algemeen.

Roger Scruton: ‘Ik ben een reactionair, en ik heb nooit goed begrepen waarom dit als een scheldwoord wordt gebruikt. Sommigen van de grootste artiesten en schrijvers waren reactionairen: Shakespeare om te beginnen, Wordsworth natuurlijk, T.S.Eliot ook, al mijn helden in feite, maar dan enkel in die zin dat ze reageerden op slecht overdachte veranderingen die meer hebben vernietigd dan dat ze hebben doen ontstaan. Ik ben er trouwens van overtuigd dat we woorden zoals reactionair en revolutionair niet meer kunnen gebruiken, en dat we ze moeten vervangen door conservatief en liberaal. De mensheid is verdeeld in twee fundamentele temperamenten: enerzijds het conservatieve temperament, dat waardevolle verworvenheden van orde en cultuur wenst te behouden, en anderzijds het liberale dat met die verworvenheden wil experimenteren. Ik denk dat beide temperamenten noodzakelijk zijn, maar ik vrees dat wij conservatieven van de liberalen niet de verdraagzaamheid mogen verwachten waarmee wij hen bejegenen. Als conservatief word je in de moderne wereld gediaboliseerd; ikzelf ben zeker in dat geval.

Achtenzestig

Net als jij ben ik groot geworden in de jaren zestig, toen links zichzelf identificeerde met radicaalrevolutionaire poses van marxistisch-libertaire slag, besmet door Foucault en Sartre, en met een hoog komediegehalte, niet alleen pour épater le bourgeois, maar misschien nog meer pour épater ses parents. Voor mij stond het Parijse “Achtenzestig” gelijk met een soort van afwijzing van de Franse cultuur zelf, waarbij het woord bourgeois gewoon als hefboom werd gebruikt om die cultuur te ontwrichten. Je vindt dat bij Foucault. Ik vind dit schandelijk omdat ik toen al dacht dat de Franse cultuur zoals de Parijse achtenzestigers die beschreven, een van de grote verworvenheden van de mensheid was.

Dat soort van links was heel erg afhankelijk van de koude oorlog en van de idee dat er een andere realiteit bestond. We hielden weliswaar niet van de Sovjet onderdrukking, maar we wisten dat het experiment daar was en dat er andere manieren bestonden om de dingen aan te pakken dan in het Westen. Uiteindelijk is links door de moderne geschiedschrijving gedwongen geweest om te erkennen dat wat er in de Sovjet-Unie was gebeurd even erg was als wat er in nazi-Duitsland was gebeurd.

Niet alle linksen hebben dat toegegeven, maar boeken als bijvoorbeeld Le Livre noir du communisme[1]hebben het die mensen onmogelijk gemaakt zichzelf de oude leugens voort te vertellen. Ernstige en intelligente linkse mensen zijn tenslotte bezield door menslievendheid, en diegenen onder hen die de intellectuele eerlijkheid konden opbrengen om te erkennen dat de weg van de revolutie niet alleen verkeerd was, maar dat het de misdadige weg was die hij bleek te zijn, moeten zichzelf toch ernstige vragen stellen over wat het alternatief zou kunnen zijn. Hoe kunnen mensen humaan geregeerd worden op een manier die niet alleen de essentiële menselijke vrijheden bewaart, maar evenzeer de discipline van de ziel die vereist is opdat gemeenschappen zouden blijven bestaan. Deze vragen zijn in linkse milieus op een erg positieve manier naar boven gekomen, deels dankzij de conservatieve traditie die deze dingen door de eeuwen heen is blijven zeggen.’

 

In de volgende aflevering verzucht Roger Scruton dat hij de hele wereld en de aarde een twintig jaar durend bestand zou willen bezorgen, een moratorium tijdens hetwelk absoluut niets zou mogen veranderen.

Deze teksten over en met Roger Scruton verschenen eerder in Jean-Pierre Rondas, Rondas’ Wereldbeeldenboek, Uitgeverij Pelckmans, Kapellen, 2006, op basis van een interview in het programma Rondas op Klara. Aanleiding was het verschijnen van Scrutons boek Moderne cultuur. Een gids voor kritische mensen. Uitgeverij Agora, Kampen, 2003

 

[1] Stéphane Courtois e.a., Zwartboek van het communisme. Misdaden, terreur, onderdrukking, Amsterdam-Antwerpen, 1997

Jean-Pierre Rondas was tot 2011 radiomaker bij Klara (VRT) met de interviewprogramma’s Wereldbeeld en Rondas. Publiceerde 'Rondas’ Wereldbeeldenboek' (2006). Als stichtend lid van de Gravensteengroep redigeerde hij 'Land op de tweesprong. Manifesten ter ontgrendeling van Vlaanderen' (2012). In 2014 verscheen 'De hulpelozen van de macht'.

Commentaren en reacties