JavaScript is required for this website to work.
post

Shakespeare voor politici

Socrates et cetera

Guido Lauwaert23/5/2019Leestijd 4 minuten
Walter van Cauwelaert en Rik Zinzen.

Walter van Cauwelaert en Rik Zinzen.

foto © VRT

Als slot van een kwartet, via Hamlet van de Engelse bard tot bij de pruttelende stoofpotten Zinzen & Van Cauwelaert. Met Gwendolyn Rutten als amuse-bouche.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Ivan:[in de camera kijkend] Goedenavond, beste kijkers. Nog drie dagen te gaan alvorens de verkiezingen plaatsvinden. Na Hilde Crevits, Bart De Wever en het duo John Crombez en Freya Van den Bossche te hebben geviseerd, is het tijd om Gwendolyn Rutten in de lichtcirkel te plaatsen. Zoals de voorbije dagen zijn Walter Zinzen en Rik Van Cauwelaert in de studio om commentaar te geven op toestanden en mensen. 

[wendt zich tot beide heren]

Meneer Zinzen, heeft mevrouw Rutten haar partij uit het diep dal gehaald waarin ze terecht is gekomen?
Walter: Ik denk van niet. Trouwens, moet zo iemand de aandacht krijgen, die haast opzettelijk, haar eigen neergang heeft gezocht?

Rik: Ik denk van wel, Walter, en wil met waar genoegen aantonen hoe zij haar eigen graf gegraven heeft.
Walter: Hoe kan dat nu, Rik, tenzij zij zich uit zelfverdediging verdronken heeft?
Rik: De zaak zit zo, Walter. Als ik bewust voor de verdrinkingsdood kies, wijst dat op een plan, en een plan heeft drie fases: denken, handelen en afronden.
Walter: Ja maar, hoor eens, kameraad collega.
Rik: Laat me uitspreken, waarde vriend. Daar ligt het water, hier sta ik. Goed? En overschouw wat mij is overkomen. Dat is de fase van het denken. Als de conclusie is dat ik geen kant meer op kan, dan bereik ik de fase van het handelen.
Walter: In zekere zin kan ik je volgen, beste Rik, maar mij heb je nog niet overtuigd. Of dat wel gebeurt zal afhangen van de derde fase.
Rik: Wal Welter, ik bedoel, wel Walter: als de hogepriesters van de krant waar ik voor werk, zoals je weet De Tijd, hun handen in dezelfde teil wassen, wat voor mogelijkheid rest me dan nog het water in te springen? Ziehier, het handelen. Wat de sprong zal verzachten is het feit dat – als ik niet verantwoordelijk ben voor mijn daad – ik mijn eigen leven niet heb verkort.
Walter: Maar het zal wel als zelfmoord uitgesmeerd worden, in extreme mate door alle bladen van de Persgroep.
Rik: Daar mag je gif op innemen, Walter. In geval van Gwendolyn Rutten kent de partijraad van de Open Vld dat hele proces even goed, maar heeft beslist dat potje bedekt te houden en haar een maand of twee na 26 mei een uitvaart met stille trom te schenken. Zodat ze met opgeheven hoofd een nieuw boegbeeld kunnen presenteren, waar het schavot al voor getimmerd is.
Walter: Een oude wet uit de journalistenpet. Maar een and’re zekerheid is dat dit soort stamhoofden eerder opwaarts gaan dan neerwaarts. Het Europese sanhedrin is nog altijd beter dan het dodenrijk. En waar de waarheid niet van hoeft gezegd te worden, moet geen leugen voor verzonnen.
Rik: Daar zeg je wat. De werkelijkheid, Walter, is echter dat in en rond de Wetstraat waarheid en leugen twee handen op één buik zijn. Men haat de leugen niet, maar bemint de waarheid evenmin.
Walter: Dat is waar. Zowel de leugen als de waarheid komen goed van pas voor die schelmen.
Ivan: Heren, we dwalen af naar vrijblijvend gefilosofeer.
Rik: Vrijblijvend…
Walter: … gefilosofeer!?
Ivan: Ter zake, zou ik zeggen.
Walter: Bespaar me dat soort programma’s, Ivan. De uitgenodigde gasten zijn er enkel om op brutale wijze afgeslacht te worden door Kathleen Cools en Annelies Beck. Vooral de laatste lijkt door Portugese nonnen uit het tijdperk van António de Oliveira Salazar te zijn opgevoed, met goed gevolg.
Rik: Hetzelfde, met enige nuance, wel te verstaan, kan gezegd worden van De Afspraak. Bart Schols combineerde zijn opleiding met basketbal. Weliswaar in tweede klasse, wat hem goed uitkwam, want daardoor werd hij door de sportredactie van de VRT gevraagd. Eersteklassers zijn te duur.
Walter: Het was de juiste keuze, Rik!
Rik: Dat spreek ik niet tegen, Walter. Integendeel. De ideale moderator is een beul van christelijke huize. Dat soort mensen kan op sportieve wijze de gasten zo opstoken dat ze elkaar afmaken, terwijl hijzelf ze als een coach aanmaant rustig te blijven. Om dat te kunnen moet je psychologie gestudeerd hebben, en die richting koos Bart Schols. In Leuven nog wel.
Ivan: Heren, we moeten stilaan afronden. We hebben nog net de tijd voor één onderwerp. Volgens de laatste peilingen verkiezen de Vlamingen Hilde Crevits als minister-president boven Bart De Wever. Wat is jullie mening? Jij eerst Walter. Rik heeft in haast elke aflevering het hoogste woord gevoerd, terwijl jij hooguit het eindpunt mocht zetten.
[wendt zich tot het publiek] Even ter verduidelijking voor de kikkers, pardon, de kijkers. We hadden beide heren vorig jaar een dozijn afleveringen van de sketches van Statler en Waldorf uit de Muppet Show bezorgd. Als voorbeeld hoe de redactie het tempo en toon zag. Blijkbaar zijn ze er aan verslaafd geraakt. Maar goed.
[wendt zich weer tot beide heren] Walter, aan jou het woord. Crevits of Bart De Wever als minister-president?
Walter: Geen van beide, zou ik zo zeggen. Evenmin als iemand van de andere partijen. De eerste president van Tsjechië was een toneelschrijver…
Rik: Václav Havel.
Walter: Ja, dat weet ik ook wel, Rik.
Rik: Ik wou je gewoon bijstaan, Walter.
Walter: Wel, dat hoeft niet. Ik was erbij toen hij de eed aflegde.
Rik: Vergis jij je niet, Walter? Ik meen dat jij avond bij Fidel Castro zat en jullie sigaren rookten en drie dozijn glazen Cuba Libre dronken.
Walter: Rik! Ik ben vegetariër en geheelonthouder… al jaren.
Rik: Je omvang wijst eerder naar het tegendeel, Walter.
Walter: Ik heb nooit een fles in mijn bureaulade gehad! Wat niet van alle sprekers aan deze tafel gezegd kan worden!
Ivan: Heren! Heren, hol niet de partijbonzen achterna! – Nogmaals, Walter de vraag… Crevits of De Wever als minister-president?
Walter: Wel, ik ga u verrassen Ivan. Mijn keuze valt – ondanks de sardonische plaagstoten – op Rik Van Cauwelaert.
Rik: [om zich heen naar de grond kijkend] Vreemd, mijn stoel komt los van de vloer.
Ivan: Een opmerkelijke keuze, Walter. Verklaar je nader.
Walter: Hij is zowel katholiek, Vlaamsgezind, liberaal, socialist, driekwart groen en een kwart om alle kanten mee uit te gaan. En hij heeft lang geleden een Trumph Vitesse gehad. Een Engelse wagen, geen Duitse. Daarom mijn keuze voor Rik.
Rik: En Walter heeft altijd een Duitse gehad. Aanvankelijk Opels, maar toen die nog lelijker werden dan de glascontainers van het Pajottenland, is hij overgeschakeld op Volkswagen. Waar hij lang over getwijfeld heeft. Gezien de connectie van Ferdinand Porsche met Adolf Hitler. Maar zijn nuchterheid heeft het gehaald op zijn afkeer. Daarom dat ik als nieuwe minister-president Walter Zinzen verkies.
Walter: Rik, astamblief! Doe me dat niet aan.
Ivan: Heren, onze tijd zit erop. Als besluit van deze uitzending kan ik stellen dat als er geen overeenstemming komt wie de nieuwe minister-president wordt, beide om beurt die taak op zich nemen. In dat geval, hoop ik, samen met u, mag ik veronderstellen, dat geen van beiden ooit als King Richard III, in de woorden van Tom Lanoye uit zijn marathonvoorstelling Ten Oorlog, zal moeten uitroepen, en ik haal er even de tekstbrochure bij: ‘A horse! Mijn fokking kroon voor maar één paard. A goddamn fokking piece of klotepaard…’ Of dat nu van Duitse of Engelse makelij is.
Ik dank u voor uw aandacht, beste kijkers. Blij dat u erbij was.
Rik: Dat is een zin van Martine Tanghe.
Walter: Rik, ga je nu eens eindelijk je mond houden!
Rik: Ik zeg al niets meer!
Walter: Oef!
[tune – eindbeeld]

Guido Lauwaert (1945) is organisator, regisseur, acteur, auteur, columnist, recensent voor o.a. Het Laatste Nieuws, NRC Handelsblad, Het Parool, VPRO-radio, Knack en Doorbraak. Hij richtte de Poëziewinkel op (later Poëziecentrum) en heeft een grote liefde voor Willem Elsschot en Paul van Ostaijen.

Commentaren en reacties