JavaScript is required for this website to work.
Multicultuur & samenleven

Waarom ‘Continent zonder Grens’ nodig is

Er is nood aan evenwicht en ratio in het Europese migratiedebat

Joren Vermeersch6/10/2018Leestijd 8 minuten

foto © Theo Francken/Maximiliaanpark: Reporters

Het Europese migratiedebat gaat gebukt onder foutieve aannames en rooskleurig wensdenken. ‘Continent zonder Grens’ wil meer ratio brengen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

37.742.394. Dit getal lijkt op een willekeurig nummer op een loterijbiljet, maar is het niet. Het betreft het totale aantal in de EU wonende immigranten van de eerste generatie op 1 januari 2017 (recentste data), geboren buiten de EU. Allemaal mensen die hun geboortelanden over de jaren heen verlaten hebben om zich in de EU te vestigen, op eigen initiatief. Om u een idee te geven van de schaal hiervan in historisch perspectief: in een halve eeuw zijn méér mensen naar de EU gemigreerd, dan er tijdens de lange kolonisatiegolf vanuit Europa naar de V.S. zijn getrokken.

Meer dan 37 miljoen mensen… Dat is, en ik wik mijn woorden, ‘massa-migratie‘ op een schaal en vooral aan een tempo die ongezien zijn in de menselijke geschiedenis. Dat cijfer betreft bovendien slechts een momentopname, want elk jaar komen daar nog eens miljoenen mensen bij. Vorig jaar 3,36 miljoen om precies te zijn. Onder al die mensen zitten veel burgers die onze economie vooruithelpen en tegelijk de Europese cultuur omarmen, versterken en verdedigen. Maar er zitten ook mensen bij die na aankomst ten laste komen van de Europese uitkeringsstelsels, die zich terugtrekken in eigen gemeenschappen en die onze cultuur verwerpen en soms zelfs bestrijden. Dat komt doordat er amper tot geen selectie is. De immigratie naar Europa wordt niet aangestuurd, maar ondergaan. Willoos.

Die vaststelling noopt tot nadenken. Want net zoals de Europese migratie naar Noord-Amerika cultuurbepalend geworden is voor de V.S. en Canada, brengt de immigratie van tientallen miljoenen mensen van andere continenten en met andere culturele achtergronden naar Europa zelf ook een culturele transformatie op gang, deze keer van ons eigen Oude Continent. De Amerikaanse auteur Christopher Caldwell spreekt dienaangaande over een “Europese revolutie”. Dat is geen hyperbool. De maatschappelijk impact van de intercontinentale migratie naar Europa is even ingrijpend als die van de andere grote maatschappelijke transformatieprocessen die Europa heeft doorgemaakt, denk aan de secularisering en individualisering tijdens de vorige eeuw en aan de digitalisering vandaag: ze is fundamenteel en blijvend.

Slaapwandelend Europa

Dat brengt mij bij een heikel punt, namelijk de schroom bij pers en politiek om het opportuniteitsdebat daarover ten gronde aan te gaan. De Europese burger zelf werd er nooit over bevraagd. Het lijkt wel of deze historische omwenteling Europa gewoon is overkomen. Al slaapwandelend, net zoals het destijds de horror van Wereldoorlog I insukkelde. Hoe is dit alles dan kunnen gebeuren, als daar geen positieve politieke beslissing aan vooraf ging? ‘En stoemelings’, zoals ze in Brussel zeggen. Eerst kwamen er contingenten aan legale arbeidsmigranten in de jaren 60 en 70, maar die groepen waren te klein om de demografie van Europa ingrijpend te kunnen veranderen. De periode van open arbeidsmigratie duurde ook slechts kort. Ruwweg van 1960 tot 1973. Toen de oliecrisis resulteerde in een opstoot van werkloosheid, ging de deur overal in Europa op slot. En toch zou de intercontinentale immigratie slechts verder aan kracht winnen. Oorzaak: het enorm lakse Europese gezinsherenigingsstelsel en het open asielsysteem, dat op dit continent ook toegankelijk is voor al wie illegaal binnen komt.

Wegkijkend Europa

Hoewel de Europese burger ondertussen goed beseft dat zijn maatschappij pijlsnel door migratie transformeert, en zich daar in toenemende mate zorgen over maakt, van Malta tot Helsinki, ontwijken de belangrijkste media krampachtig het globale debat daarover. Dat begint bij het verbloemen van de getalsmatige impact ervan. Men vermeldt enkel de jaarlijkse migratiecijfers, per apart migratiekanaal, en nooit het totale aantal immigranten van de eerste generatie die naar Europa trokken. Het cijfer waarmee ik dit essay inleidde, is nergens te vinden in de media-databanken, maar heb ik handmatig moeten berekenen aan de hand van nationale tabellen in de Europese databank Eurostat.

Een tweede beproefde tactiek betreft het afzetten van die jaarcijfers, per apart migratiekanaal uiteraard, tegen de totale Europese bevolking (inclusief de daar al levende niet-Europese migranten dus), waarna de burger dan te horen krijgt dat die migratie slechts een fractie uitmaakt van de totale Europese bevolking. Niets om wakker van te liggen, laat staan om je zorgen over te maken. Zulke percentages zeggen uiteraard weinig tot niets, want de intercontinentale migratie spitst zich in de praktijk toe op een handvol Europese landen, namelijk deze met hoge lonen en een goed ontwikkeld sociaal systeem, zoals ons land en onze buurlanden.

Waar blijft het debat?    

Indien wij vandaag met Continent zonder Grens de boer op gaan, dan is dat precies daarom: omdat de ongemakkelijke waarheden rond de migratie naar Europa, en daarmee bedoel ik zowel de demografische als de culturele en economische impact, té weinig aan bod komen in de reguliere media. Idem dito voor de bijzonder beperkte manoeuvreerruimte die nog rest voor nationale overheden om daar iets aan te veranderen. Het is in Europa en in Europa alleen dat het kalf gebonden ligt. Daar wordt het wettelijke kader afgebakend. Nationale overheden werden daarbij gedegradeerd tot uitvoerders. Ze moeten strikt binnen de beperkte krijtlijnen opereren van een door links-liberale en immigratiedolle Eurocraten uitgetekend systeem. Die werkelijkheid krijgt de burger niet te horen, met als resultaat dat rechtspopulisten een brede boulevard krijgen om hun impotente nationale regeringen daarop aan te vallen, een proces dat zich voordoet in vrijwel elke lidstaat.

Aan die verbloemende berichtgeving liggen redactionele voorkeuren ten grondslag, zo ook bij ons. Ik trap een open deur in als ik zeg dat het gevestigde medialandschap in Vlaanderen niet uitblinkt in de ideologische en politieke diversiteit die we daarvan nochtans mogen verwachten in een liberale democratie. Al te vaak krijgt de Vlaming eenheidsworst voorgeschoteld. Men bericht de actualiteit voornamelijk vanuit progressieve invalshoek en houdt die lijn aan in vrijwel elke belangrijke maatschappelijke kwestie. Denk aan de racisme-discussie, waarin we te lezen krijgen dat de Vlaming genetisch voorbestemd is tot racisme. Denk aan de discussie rond de kernuitstap, die volgens sommige krantenredacties niet eens meer een discussie is. Denk aan de discussie rond onderwijs, waarin verschillen in leerprestaties enkel en alleen mogen geweten worden aan onderwijsstructuren en lesmethodes. Maar denk ook en zelfs vooral aan de discussie rond migratie.

Mediatieke ‘beatificatie’

Tijdens het hoogtepunt van de Europese Migratiecrisis, in het jaar 2015, regeerde chaos aan onze buitengrenzen. Zo’n 1,3 miljoen mensen betraden toen zonder visum, en dus illegaal, de Schengenzone en reisden daarop verder naar het Europese land van hun keuze, met de bedoeling om zich daar permanent te vestigen. De Europese burger werd, naar goede gewoonte, wederom niets gevraagd. De Europese media beslisten autonoom wat de teneur zou zijn in het publieke debat. In plaats van een nuchter pleidooi te voeren voor een herstel van de orde en de grenscontroles, wat het gros van de bevolking nochtans van hen verwachtte, gaven zij zich in die periode over aan een journalistiek die door oud-KUL-rector Rik Torfs later treffend omschreven zou worden als ‘de beatificatie van de vluchteling’.

Maar niet alleen de individuele migrant werd geheiligd. Ook het opengrenzenbeleid zelf diende verheerlijkt. Ontelbaar waren de publicaties die naar aanleiding van de migratiecrisis een nieuw Europees Wirtschaftswunder voorspelden. De injectie van vele honderdduizenden jonge mensen zou de verouderende economieën van Europa naar nieuwe hoogten stuwen. Het zou ons op de keper niets kosten, maar daarentegen een fikse fiscale bonus opleveren. Het wondermiddel tegen de vergrijzing diende zich zowaar vanzelf aan. U en ik hadden die mensen allemaal nodig, visum of geen visum, geschoold of ongeschoold, kregen we te horen, en we mochten ons in de arm knijpen dat ze wilden komen.

Deze voorstelling van zaken, die u zich ongetwijfeld nog levendig herinnert, geschiedde met een duidelijke en dubbel doel. Op deze wijze kon het open grenzenbeleid voorgesteld worden als een morele én een economische noodzaak, als een zaak van het hart én van het gezond verstand. Nog belangrijker: tegelijk kon daarmee elke kritiek op het open Europese migratiemodel verketterd worden als bekrompen en dom.

Roeien tegen de stroom in

In deze hyper-gemoraliseerde mediatieke context dienden de Europese centrumrechtse krachten, waaronder de N-VA bij ons, gestalte te geven aan een pleidooi voor een nuchtere en migratie-realistische politiek. Voor een omslag naar een Europees gezinsherenigingsmodel dat migranten aanzet tot professionele emancipatie in plaats van te leiden tot grootschalige import van armoede en ongeletterdheid. Voor een trapsgewijze intreden in de sociale zekerheid voor nieuwkomers, naar Deens model, om zo de sociale migratie in te perken en de draagkracht van de sociale zekerheid te beschermen. Maar ook en vooral voor het sluiten van de buitengrenzen van Europa voor elke vorm van illegale migratie. Asielmigratie moet beperkt worden tot legale asielmigratie, in de vorm van humanitaire visa aan vluchtelingen in conflictgebieden zelf, die uitgereikt worden op ons tempo en op onze uitnodiging. Het Australische model zeg maar. Dat dit roeien was tegen de stroom in hoef ik u niet te vertellen. Drie jaar na het lanceren van die voorstellen staat de N-VA met die standpunten in België nog steeds alleen, hoewel ze breed gedeeld worden binnen de Europese centrumrechtse politieke familie.

Al op 3 december 2016 brak de Nederlandse premier Mark Rutte (VVD) de ban, op een conferentie van de Europese Liberalen (ALDE) in Warschau, door vlakaf te zeggen: ‘Sleep de bootjes naar Noord-Afrika en niet meer naar Italië.’ Zijn pleidooi viel toen in Brussel op een koude steen. En niet alleen daar. Toen staatssecretaris Theo Francken in juli 2017 datzelfde pleidooi herhaalde, mocht CD&V-coryfee Mark Eyskens in alle kranten rondbazuinen dat diens uitspraken ’tegen de borst stuitend grensoverschrijdend gedrag waren. Sic. Zonder enige tegenspraak. Zonder enige kritische vraag. Eénzelfde tsunami van morele verontwaardiging kreeg de Franse presidentskandidaat voor Les Républicains, François Fillon, over zich heen toen hij pleitte voor het grondig verstrengen van de Europese gezinsherenigingsregels. Het is een ontstellende vaststelling: drie jaar na de migratiewaanzin van 2015 blijft elk migratie-realistisch pleidooi roepen in de Europese woestijn.

Ideeënstrijd

Het is daar, in het besef van die aartsmoeilijke mediatieke context, dat bij staatssecretaris Theo Francken het idee rijpte voor de redactie van Continent zonder grens. Er is een pan-Europese ideeënstrijd aan de gang, waarbij centrumrechtse migratierealisten niet alleen linkse politici en open-grenzen-NGO’s tegenover zich vinden, maar ook een belangrijk deel van de pers. Er was daarom een gedegen studie nodig om evenwicht en nuance te brengen in het publieke debat rond de Europese migratiecrisis, een debat dat om politieke redenen immers doordrenkt wordt in rooskleurige fictieve aannames.

Evenwicht brengen in het debat én de migratie-realistische burger argumenten aanreiken om sterker te staan in discussies daarover: dat is het ultieme doel van dit boek. Dat begint met het ontkrachten van vaak gehoorde linkse simplismen over migratie, zoals het waanidee dat we open asielmigratie en vrije gezinshereniging nodig hebben als middel tegen de vergrijzing, terwijl die migratiekanalen in werkelijkheid resulteren in toenemende sociale uitgaven die komen bovenop de kosten van de vergrijzing. Of zoals de veelgehoorde stelling dat rechts zich in de migratiediscussie beperkt tot “symptoombestrijding”, terwijl links als enige politieke strekking een écht structurele oplossing in petto heeft, namelijk het “werken aan de grondoorzaken van migratie”.

Wensdenken

Klinkt goed en rationeel, zou je denken, zo sleutelen aan de oorzaken van de migratiedruk in de landen van herkomst zelf. ‘Geef de mensen een toekomst en dan komen ze niet meer. U hebt het ongetwijfeld al vaak stellig horen verkondigen, door mandatarissen van Groen, sp.a en CD&V, op gedrukt papier en op het televisiescherm. Daarom ben ik met Staatssecretaris Theo Francken diep gaan graven in die grondoorzaken van migratie. In Continent zonder Grens wordt daar een lijvig eerste deel aan gewijd. We kwamen tot de conclusie dat de migratiedruk op de buitengrenzen van Europa slechts verder zal toenemen in de decennia die voor ons liggen, om redenen van economische, culturele, demografische en ecologische aard, waar Europa geen vat op heeft.

Het hele idee dat we door het ‘werken aan de grondoorzaken’ van migratie in de regio van herkomst op een organische manier de migratiedruk op Europa zouden kunnen verlichten, berust op wensdenken. Om deze illusie te ontkrachten geef ik u graag wat cijfers mee. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog woonde 1 op de 3 aardbewoners in Europa. Vandaag maakt de Europese bevolking nog slechts 11 procent van de wereldbevolking uit en dat zal tegen 2050 slechts 7 procent zijn. De bevolking van het Afrikaanse continent zal tegen die tijd 2,5 miljard mensen tellen, wat vijf maal zo veel zal zijn dan de bevolking van Europa. Ook economisch delen we niet langer de lakens uit, hoewel Europees links in het migratiedebat verstokt vanuit die redenering blijft vertrekken. Een eeuw geleden beheerste Europa nog de wereldeconomie. Vandaag is de EU slechts goed voor 22 procent van het mondiale BBP en dat cijfer blijft gestaag achteruit lopen.

Het kán anders. Het móet anders.  

Het is hoog tijd dat zowel Vlaanderen als Europa de geopolitieke realiteit inzake migratie onder ogen ziet, met al haar implicaties, hoe ongemakkelijk en confronterend die ook mogen zijn. In deze woelige 21ste eeuw, die nog maar pas begonnen is, staat Europa voor een heldere keuze: ofwel ondergaat het de migratiedruk vanuit zijn periferie, wat nu al vele jaren bezig is met ernstige sociale en politieke destabilisering van Europa tot gevolg, ofwel wapent het zich daartegen met zin voor realiteit.

Wij zijn daarin hoopvol, want migratie onder controle krijgen is effectief mogelijk. En als dat eenmaal bereikt is, is het eveneens mogelijk om migratie te gaan aansturen op een manier dat het onze samenlevingen en economieën niet langer verzwakt, maar duurzaam versterkt. Andere moderne democratieën tonen ons immers de weg, op andere werelddelen, zoals in Continent zonder Grens omstandig wordt uiteenzet: Australië voor grensbescherming, Denemarken voor gezinshereniging en Canada voor het actieve economische immigratiebeleid waar onze economie zo’n grote nood aan heeft. Een weg uit de Europese migratie-impasse ís mogelijk. Het kán, maar het zal een keiharde clash vergen met juridische dogma’s en lang vastgeroeste politieke structuren en opinies.

Daarom dit boek

Daarom dus dit boek, beste Doorbraak-lezer. Daarom Continent zonder grens. Om mensen bewust te maken van de ernst van de Europese migratieproblematiek en om hen wakker te schudden uit de fatalistische opvatting dat we daar als Europese burgers niets aan kunnen doen. En daarom ook Doorbraak, als onafhankelijke uitgeverij en opinieforum. Om stenen te werpen in kikkerpoelen die al te lang rimpelloos bleven. Om plakkaten aan kerken te nagelen, met boodschappen die binnen niet mogen worden verteld. Ook als die boodschap ongemakkelijk is. Ook als die boodschap wringt.

Het boek Continent zonder grens is verkrijgbaar in elke boekhandel, of in de webwinkel van Doorbraak.

Joren Vermeersch (1981) is jurist, historicus, auteur en adviseur ideologie voor N-VA. Bijdragen zijn steeds in eigen naam. Hij publiceerde '1349: Hoe de Zwarte Dood Vlaanderen en Europa veranderde', en met Theo Francken 'Continent zonder grens' en 'Migratie in 24 vragen en antwoorden'.

Commentaren en reacties