Waarom de jager jaagt
Gemeenschapszin of hobby, de werkelijke motivatie van de jacht.
foto © Reporters/
De jacht is een noodzakelijk kwaad om de wildpopulatie te beheren. Maar mogen we nog kritisch zijn jegens zij die jagen voor hun hobby?
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementSinds 2011 heb ik een hond, een border collie en sinds mei vorig jaar een tweede. Lieve, intelligente en vooral actieve dieren. Die laatste eigenschap zorgde ervoor dat ik de laatste acht jaar van mijn leven al heel wat kilometers wandelend door de velden en bossen heb doorgebracht. Meestal in de streek waar ik woon, het landelijke Malderen op de grens met Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant en Antwerpen. Soms ook op verplaatsing, maar steeds in natuurrijk en autoluw gebied. Zeer verrijkend.
Veel van mijn gedachtespinsels die ik op Doorbraak mocht publiceren konden tijdens deze solitaire momenten rijpen tot de teksten die u misschien gelezen heeft. Naar jaarlijkse gewoonte kwam het storend geluid in een anders erg stil najaar niet van wagens die zich onterecht via landelijke sluikweggetjes naar hun doel manoeuvreerden, maar van de tweelopen van de plaatselijke ‘wildbeheerders’.
De natuurliefhebbende jager
De jacht gadeslaan is steeds opnieuw een indrukwekkend spektakel en lijkt mij an sich wel spannend, leerrijk en rustgevend om aan deel te nemen. Jagers, mensen van allerlei stand en stiel, zijn over het algemeen ware natuurkenners en ja, ook -liefhebbers. Zij kennen de velden, bossen, paadjes en hoe deze met elkaar verbonden zijn in het Vlaamse snipperlandschap. Zij weten welke dieren zich waar schuilhouden en welke wegen die volgen tijdens het foerageren.
Ze weten welke planten de dieren verkiezen als voedsel of als schuilplaats en kunnen de sporen volgen via pootafdrukken, uitwerpselen, etensresten, enzovoort. Tijdens het jachtloze gedeelte van het jaar patrouilleren de jagers regelmatig eens over het jachtterrein om een beeld te krijgen van het wild dat tijdens het jachtseizoen geschoten mag worden. De gemiddelde jager is de beste lokale natuurgids.
Gemeenschapszin?
Zelf ben ik geen liefhebber van de jager. Niet omwille van de jacht zelf, maar omwille van de beweegreden van de jager. Zowat elke jager waarmee ik al een discussie had over zijn (of haar, maar die ben ik nog nooit tegengekomen) hobby, schermt met het hogere doel van het bewaren van het natuurlijke evenwicht. Concreet betekent dit dat de jager jaagt om het wildbestand op het juiste peil te houden. Dit peil of evenwicht kan van alles betekenen en wordt door reglementering bepaald.
Het Agentschap voor Natuur en Bos maakt een faunabeheerplan op waarin het populatiebeleid wordt uitgezet. Teveel wild van een bepaalde soort kan andere diersoorten of plantensoorten onder druk zetten, of kan schade berokkenen aan natuur, landbouw of zelfs particulier bezit. Dat klopt allemaal en daarom heb ik in se niets tegen de jacht, indien dit het enige efficiënte middel is tenminste.
Of plezier?
Maar een duurzame wildpopulatie is natuurlijk niet de hoofdreden waarom de jager bij het krieken van de dag zijn camouflagekleren aantrekt, zijn geweer laadt en met zijn laarzen de modderige velden intrekt. Hém gaat het om de jacht. Met al zijn terrein-, planten- en dierenkennis, al sluipend door gras en tussen struiken, samen met zijn medejagers een dier lokaliseren, insluiten, benaderen en met een perfect schot doodschieten. Een beetje soldaatje spelen voor volwassenen, of voor mensen die niet echt ten oorlog durven trekken, waar de opgejaagde kan terugschieten.
Ik denk niet dat er veel jagers zijn die liever zonder geweer het jachtterrein intrekken om te gaan vaststellen dat het in hun gebied snor zit met het faunarijke evenwicht. Ook dat zouden ze kunnen doen met hun paracommandopakje aan, verrekijker rond de hals, walkie talkie in de aanslag en kruipend van struik tot boom.
Boos als het wild al beheerd is
Meer nog, ik kan uit eigen ervaring bevestigen dat de jager tijdens het jachtseizoen wil jagen. Hij kijkt daar de rest van het seizoen zelfs halsreikend naar uit. Mijn honden lopen, wanneer we langs de velden wandelen, vaak los. Om verschillende redenen is dat niet overal en altijd toegelaten en de meeste van die redenen zijn terecht. Hondenuitwerpselen kunnen ziektes doorgeven aan vee, ze kunnen tijdens de broedperiode nestende dieren storen en de velden zijn simpelweg eigendom van iemand, dus je kan maar beter toelating hebben.
Maar ook de jagers vinden het heel lastig wanneer ze merken dat honden loslopen in het jachtgebied. De honden zorgen er namelijk voor dat het wild zich op de duur verplaatst naar ander gebied, waar niet regelmatig een trouwe viervoeter hun leefgebied binnentreedt. En dat betekent een pover jachtseizoen, want het hazen- of fazantenbestand is al in evenwicht zonder een schot te lossen. Daarom intimideren verschillende jagers de hondenbezitters die het niet zo nauw nemen met het leibandbeleid.
Alles voor de jacht
Om hun hobby veilig te stellen, nemen heel wat jagers enkele voorzorgsmaatregelen. Dit kan gaan van simpele afspraken met de boeren over bijvoorbeeld het beperken van afsluitingen of het patrouilleren over de velden. Maar dit gaat ook veel verder, tot het vergiftigen van katten en zelfs honden, het bedreigen van dierenbeschermingsorganisaties of het onwettig vergroten van het jachtgebied met gevaarlijke situaties tot gevolg.
Een andere, veel voorkomende, activiteit is het kweken en uitzetten van wild. Erg wild is dat gekweekte ras niet meer natuurlijk, maar in de meeste gevallen tracht men het wel zo wild mogelijk te laten opgroeien, zodat de jacht nog steeds spannend blijft. Een zelfde principe maar minder drastisch is het voederen van wild op bepaalde plaatsen in het jachtgebied. Alle hier opgesomde technieken ben ik in het kleine stukje wandelgebied rond Malderen al meer dan eens tegengekomen.
Help mij uit de nood, want de jager schiet mij dood!
Het perfecte schot. Snel dood en weinig schade aan pels en eetbaar vlees. Ik ben ervan overtuigd dat de gemiddelde jager meer perfecte schoten afvuurt dan halve perfecte schoten en al zeker dan complete missers. Maar het zijn die halve perfecte schoten die de jacht tot iets macaber maken. Raak, maar niet dood. Gewond, maar nog mobiel genoeg om het op een lopen te zetten en een tijdje te kunnen schuilen alvorens de spoorzoekende jagers of hun honden het dier vinden en afmaken.
In sommige, waarschijnlijk zeldzame gevallen, komt het zelfs niet tot het fatale nekschot en overleeft het dier, met helse pijn…totdat het sterft van inwendige wonden, ontsteking, verhongering of bevriezing. Als het geluk heeft, wordt het gedood en opgegeten door een roofdier. Ondertussen heeft het dier stress en angst. Ook dát weet een jager, maar de kick die het perfecte schot hem geeft, na de al even perfecte zoek- en sluiptocht naar het doelwit, weegt niet op tegen het dierenleed dat wordt veroorzaakt als het vizier eens een keertje niet op scherp staat.
Op de vlucht door afgebakend terrein
Ook de jacht zélf is een moment van stress voor menig dier. Dieren die zich op het jachtterrein bevinden merken de activiteit op en houden zich schuil en stil. Wanneer de dieren merken dat de jagers hun territorium niet verlaten, maar integendeel naderbij komen, zetten ze het op een lopen. Geweerschoten versterken die reactie vanzelfsprekend nog. Omdat de jagers een matig tot groot terrein insluiten en de jacht vele uren duurt, is de periode van stress voor het aanwezige wild niet gering. Uit angst en kuddegedrag lopen reeën meer dan eens een koeienweide in tijdens de ontsnappingspoging. De koeien zijn dan wel op stal, maar de prikkeldraad hangt nog stevig gespannen. Niet elk ree lukt het om de prikkeldraad te ontwijken.
Een andere barrière die de dieren wel eens tegenkomen in het Vlaamse natuurgebied tussen kouters, landbouwgrond en dorpen, zijn de autowegen. Dieren zoals hazen, konijnen, vossen of reeën hebben niet de gewoonte om een zebrapad uit te zoeken alvorens de straat over te steken. En op de vlucht voor de boze jager horen ze het aankomende verkeer niet eens aankomen. BOEM! Trouwens, niet alleen wild raakt gestresseerd van de jacht. Heel wat gedomesticeerde dieren zijn, zoals bij vuurwerk, angstig door geweerschoten. Omdat ze vaak niet kunnen vluchten of schuilen is het stressniveau vrij hoog.
Geef (j)acht!
Wil ik de jacht laten verbieden? Neen, absoluut niet! Zoals ik reeds zei: indien dit het enige efficiënte middel is om de wildpopulatie te beheren, dan is het een noodzakelijk kwaad. Tussen haakjes, ik vind het wel vreemd dat er anno 2020 geen modernere, efficiëntere en diervriendelijker manieren zijn. Wel wil ik u mijn mening geven over de motivatie van de jager, zodat u niet te snel meegaat in het riedeltje van fauna- en florarijk evenwichtsbehoud. Ten andere zou ik willen voorstellen om het jagen uit gemeenschapszin over te laten aan de overheid.
Het is niet gezond om schietgrage wannabe-soldaten hun pleziertje te gunnen. Geef hen daarvoor in de plaats elk najaar recht op tien gratis sessies bij de psycholoog. Laat het leger instaan voor het beheer van de wildpopulatie. Dat heeft al heel wat kennis en ervaring in huis om die klus te klaren: terreinkennis, camouflagetechnieken, schietkunst, insluitstrategieën en zelfs wat natuurkennis in het kader van overlevingstechnieken. Met wat extra les en oefening worden zij snel perfecte jagers. Tegelijk oefenen ze tijdens de jacht veel van de technieken die ze nodig hebben als soldaat. Win-win!
Een nobele hobby
Ik gebruik weliswaar een ironische ondertoon, maar in se heb ik veel respect voor heel wat eigenschappen die de gemiddelde jager bezit. Kennis van en liefde voor de natuur is dezer dagen een zeldzaamheid en moet worden gekoesterd. In plaats van zich terug te trekken in de jagersgemeenschap en al die liefde en kennis aan te wenden voor het spel van de jacht, kan de jager zijn dorpsgenoten begeesteren met zijn passie en kennis van de lokale fauna en flora.
Begeleide wandeltochten, wild spotten, schoolbezoeken, gemeentelijk advies en algemeen natuurbeheer zijn enkele voorbeelden van gemeenschapszin die niemand beter kan leveren dan de jager van vandaag. Het jaarlijkse jachtseizoen loopt ten einde, het nieuwe jaar dient zich aan. Misschien een ideetje als goed voornemen voor 2020? Maar eerst nog een jenever op wat hopelijk een succesvol jachtseizoen was, gevolgd door een lekker stukje fazant. Smakelijk en beste wensen!
Londerzelenaar, vader van twee, projectontwikkelaar en vooral erg begaan met alles wat de samenleving vorm geeft.
‘Uw plezante buurman is niet per se de beste bestuurder’, bedenkt John Croughs zich bij de stemmentrekkers voor de gemeenteraadsverkiezingen.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.