De dalende koopkracht blijft alarmerend
foto © Unsplash
Er moet dringend werk gemaakt worden van een beleid dat de koopkracht van gezinnen stimuleert, zegt Reccino Van Lommel (VB) in deze vrije tribune.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDit opinie artikel is een vrije tribune door VB kamerlid Reccino Van Lommel.
In de ‘consumentenbarometer’ meet Test Aankoop jaarlijks hoe goed gezinnen erin slagen om hun rekeningen te betalen. Het gaat dan om huisvesting, gezondheid, voeding, mobiliteit, vrije tijd en onderwijs. Uit de meting van 2022 blijkt dat de koopkracht van de gezinnen er verder op achteruit is gegaan. Slechts een kleine helft van de huishoudens kan alle onkosten nog zonder problemen betalen.
Het aandeel gezinnen dat te kampen heeft met ernstige financiële problemen is gestegen met maar liefst 64%. Vooral voor voeding, elektriciteit en gas zijn er veel financiële problemen. De ongelijkheden die er al waren voor de corona- en energiecrisis zijn groter geworden en minder gezinnen dan ooit kunnen op het einde van de maand nog iets sparen. De meeste huishoudens zien de toekomst dan ook somber in en verwachten er in 2023 nog verder op achteruit te gaan.
Corona
Deze cijfers verwonderen mij niet. Al in 2020 trok ik bij verschillende ministers aan de alarmbel. Op dat ogenblik kwamen heel wat mensen terecht in een systeem van tijdelijke werkloosheid, omwille van de coronapandemie en het stilvallen van de economische activiteit. Dat zorgde toen al voor een lager gezinsbudget.
Na de pandemie ontwaakte de wereldeconomie zeer snel uit haar winterslaap met een stijgende vraag naar energie en grondstoffentekorten tot gevolg. Met daarbovenop de inval van Rusland in Oekraïne zorgde dit voor een ongekende inflatiegolf. Niet alleen de winkelkar wordt duurder. Wie nu een huis koopt, bouwt of renoveert, merkt het ongetwijfeld: de maandlast voor de aflossing van de lening is gigantisch gestegen door de hogere rente die de inflatie moest afremmen, wat opnieuw een flinke impact heeft onderaan de streep van het gezinsbudget.
Schuldig verzuim
Dat de bevoegde ministers er onverschillig hun schouders voor ophaalden, is op zijn zachtst gezegd schuldig verzuim te noemen. De Vivaldi-regering dacht dat de kous af was met de automatische loonindexatie die zij als voldoende bescherming voor de koopkracht aanziet. Niet verwonderlijk, want in tegenstelling tot de andere EU-landen heeft België, met een begrotingstekort van 27,4 miljard euro, geen rode cent in de kas om de koopkracht van onze gezinnen te beschermen. De meeste economen en de Nationale Bank zijn het erover eens dat dit zo niet kan blijven duren.
Deze regering is niet eensgezind, vertoont verlammingsverschijnselen en slaagt er niet in om de koopkracht van de huishoudens te ondersteunen met doeltreffende maatregelen die het gezinsbudget optrekken en die de koopkracht duurzaam versterken. De werkzaamheidsgraad moet verder omhoog, we scoren zelfs slechter dan het Europese gemiddelde. Dat komt vooral doordat er in Wallonië te weinig mensen aan het werk zijn en doordat er een erg hoge inactiviteit is onder personen met een migratieachtergrond. De beloofde hoognodige hervormingen van de arbeidsmarkt blijven echter uit. Het optrekken van de werkzaamheidsgraad stimuleert niet enkel de economische groei, het is ook de beste versterking van de koopkracht.
Fiscaal
Er is bovendien nood aan een echte fiscale hervorming, zodat gezinnen meer kunnen overhouden van hun loon. De beloofde fiscale hervorming bleef tot op vandaag een dode letter. De belastingvrije som moet worden verhoogd tot het niveau van het leefloon en het belastingtarief voor de tweede schijf verlaagd. Daarnaast is iedereen het er wel over eens dat de minimumpensioenen omhoog moeten. Maar wat een pyrrusoverwinning hebben de socialisten van Connor Rousseau binnengehaald met een pensioen van 1.500 euro wanneer die vooral door de veelvuldige overschrijding van de spilindex werd behaald. Van boerenbedrog gesproken…
Ook die moeten we aanpassen aan de reële inflatiecijfers en dus optrekken naar 1.640 euro. Een echte pensioenhervorming bleef trouwens uit. Ook het zorgbudget moet dringend worden opgetrokken om de rusthuisfactuur te kunnen betalen. Het btw-tarief op basisgoederen en -diensten, zoals huisvesting, voeding, gezondheid en veiligheid is evenzeer problematisch. Het is de logica zelve dat dit niet hoger kan zijn dan 6 % en voor een aantal voedingsmiddelen moet we zelfs naar en tarief van 0 % durven gaan.
Zelfvoorziening
Niet onbelangrijk is bovendien onze zelfvoorziening van bepaalde strategische zaken. Laat ons ervoor zorgen dat we voor ons voedsel en voor onze energie niet afhankelijk zijn van het buitenland, maar dat we zo veel mogelijk hier kunnen produceren. Vorige week nog raakte bekend dat Colruyt zijn windmolens verkoopt aan een Japanse overnemer. Het bedrijf bouwde die een aantal jaren geleden voor onze kust en kreeg er jarenlang subsidies voor. Hoe is het mogelijk dat we onze energievoorzieningen zo maar in buitenlandse handen geven?
Het doet denken aan de verkoop van onze kerncentrales in het verleden. Als deze energiecrisis ons iets heeft geleerd, dan is het wel dat we onze elektriciteitsproductie in eigen handen moeten houden door er zelf actief in te investeren. Enkel zo houden we energie betaalbaar en betrouwbaar. Maar ook Telenet komt nu in Amerikaanse handen terecht en het glasvezelnetwerk van Engie zal verkocht worden aan een Brits bedrijf. Op die manier gaan we er nooit geraken natuurlijk en dreigt ons land meer dan ooit een gepluimde kip te worden. Onze koopkracht beschermen betekent ook dat we zo’n belangrijke strategische sectoren in eigen handen moeten houden. Hetzelfde zien we bij de landbouwers die we liever wegpesten om dan ons voedsel uit het buitenland te halen.
Aangepast beleid
Om al deze maatregelen te financieren zijn er verschillende ingrepen nodig. Op dit ogenblik betalen we bijna de hoogste belastingen ter wereld en tegelijkertijd is er het structureel begrotingstekort dat dit jaar meer 27 miljard euro bedraagt. Hoewel de hardwerkende Vlamingen het meeste bijdragen tot de inkomsten van de overheid, krijgen zij er geen aangepast beleid voor terug. Vlaams geld moet in Vlaamse handen blijven zodat een beleid op maat van de Vlamingen kan worden gevoerd.
Moet het nu eindelijk eens niet gedaan zijn met de miljardentransfers naar Wallonië waar geen enkele verantwoording voor wordt afgelegd? Deze transfers hebben de sociaaleconomische achterstand van Wallonië niet verkleind, maar houden een hangmatcultuur in stand. Moeten we ons gewoon laten uitlachen door PS-coryfee Paul Magnette die nog niet zolang geleden zei dat Vlamingen hard willen werken en de Walen graag van het leven willen genieten?
De echte problemen
Het geld moet trouwens ook niet gaan naar de steeds groter in aantal wordende vreemdelingen, maar naar onze mensen, die moeite hebben om hun winkelkar af te rekenen aan de kassa. De huidige overheid is moddervet, inefficiënt en keert zichzelf allerlei onterechte vergoedingen uit. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat de kloof tussen burger en politiek alleen maar groter wordt. Ook deze graaicultuur moet dringend worden aangepakt.
Het hele systeem moet met tak en wortel worden aangepakt en opnieuw worden uitgewerkt. Er zijn best veel mogelijkheden om middelen vrij te maken die een doelgericht beleid faciliteren waarbij de Vlaming waar krijgt voor zijn geld, iets dat nu helaas niet het geval is. De vraag is alleen: waar blijft de politieke moed? Wanneer wordt de Wetstraat nu eens wakker en worden de problemen aangepakt die er echt toe doen? Blijkbaar is het aanzwengelen van de woke-cultuur, het creëren van een miljardenput voor klimaatbeleid en het opleggen van asociale en onbetaalbare renovatie-eisen belangrijker dan echt iets te doen om de koopkracht te versterken.
Categorieën |
---|
De auteur is Kamerlid voor VB
Jonah Penninck (CD&V): ‘Als we het politieke circus willen ontmantelen, begint dat bij onszelf.’
Waterramp in Spanje gebeurde in gebied waar meer dan 50 dammen gesloopt zijn.