JavaScript is required for this website to work.
BINNENLAND

Forum

De schreeuw om gerechtigheid

Jinnih Beels (Vooruit): ‘Als de overheid écht een veilige samenleving wil, dan moet zij de zorgen van ons veiligheidspersoneel serieus nemen.’

Jinnih Beels (Vooruit) is lid van de Kamer van Volksvertegenwoordigers en oud-politiecommissaris. Ook is ze schepen in de stad Antwerpen.

31/10/2024Leestijd 4 minuten
Jinnih Beels.

Jinnih Beels.

Jinnih Beels (Vooruit): ‘Als de overheid écht een veilige samenleving wil, dan moet zij de zorgen van ons veiligheidspersoneel serieus nemen.’

Een veilige gemeente, een veilige stad en zelfs een veilig Vlaanderen. Twee verkiezingscampagnes lang beloofden politici u één ding: veiligheid. In tijden van geopolitieke onzekerheid, waarin artificiële intelligentie de hybride oorlogsvoering naar nieuwe niveaus tilt, geen onterechte belofte. Ik zou durven stellen dat veiligheid dé kerntaak van de overheid is, een noodzakelijke voorwaarde om van beschaving te kunnen spreken.

Maar dat geldt alleen als veiligheid voortvloeit uit een doordacht beleid, gebaseerd op politieke moed, realiteitszin en een langetermijnvisie. Helaas zijn het net die elementen die vandaag ontbreken in het veiligheidsdebat. Een vaststelling die we op verschillende manieren kunnen staven.

War on drugs

De beste illustratie? Beleidsmakers die repressie naar voren schuiven als wonderoplossing voor elk probleem. Niet omdat het werkt. Daar is de ‘war on drugs’ ongetwijfeld het meest sprekende voorbeeld van. Wél omdat stoere slogans zoals ‘harder en langer straffen’ door het gros van de bevolking op gejuich worden onthaald. En laten we eerlijk zijn: sinds 14 oktober is de race naar 2029 officieel begonnen, waardoor het ronselen van stemmen opnieuw zal primeren op de inhoud.

Dat electorale belangen vaak zwaarder wegen dan nuance of rede is niks nieuws onder de zon. Maar wat mij als voormalig politiecommissaris bijzonder tegen de borst stuit, is dat we daar als overheid niks uit leren. Op die manier blijven we de slechtste leerling van de klas, en het ergste van al is dat ons veiligheidspersoneel steevast het kind van de rekening blijft.

Het zijn professionals die recht hebben op broodnodige hervormingen, maar ook — en misschien vooral — erkenning en waardering. Professionals die al decennialang aangeven dat als zij zich willen kunnen bezighouden met de essentie van hun werk, de beleidsmatige focus in de eerste plaats zou moeten liggen op preventie. Het is aan een sterke overheid om in de eerste plaats te voorkomen en indien nodig te genezen. Maar zoals het er nu voor staat, laten we zelfs zij die instaan voor die genezing aan hun lot over. Dat is schuldig verzuim.

Onderfinanciering

Want de noodkreten uit het veld weerklonken het afgelopen jaar almaar luider. Cipiers en maatschappelijk werkers werden het slachtoffer van onze overvolle gevangenissen. Ambulanciers werden ook na oudejaarsavond nog gehinderd in hun levensreddend werk en politieambtenaren — de enige groep waarbij het riskeren van het eigen leven wél tot de risico’s van het vak behoort — worden tot op vandaag geteisterd door onzekerheid over hun eindeloopbaanregeling.

Een onderfinanciering die de werkomstandigheden voor heel de veiligheidssector op de helling zet

Om nog te zwijgen over de schandalige onderfinanciering binnen het departement Justitie, waardoor een gerechtshof en een lokaal zwembad in sommige steden nog maar moeilijk van elkaar te onderscheiden zijn. Een onderfinanciering die op haar beurt de werkomstandigheden voor heel de veiligheidssector op de helling zet.

Dezelfde nagel

Conclusie? Veiligheid is cruciaal, behalve voor de mensen die deze dagelijks moeten waarborgen. Hun beroep maken we op verschillende manieren liefst zo onaantrekkelijk mogelijk. Een gewaagde strategie wanneer je als overheid duizenden vacatures probeert ingevuld te krijgen. Vergeef me het sarcasme, maar tevergeefs op dezelfde nagel kloppen zonder dat hier echt gehoor aan wordt gegeven heeft zo zijn impact. Vooral wanneer het over de belangen van ex-collega’s gaat. Al is het misschien ook wel het lot van een vrouw om in herhaling te moeten vallen.

Laat ik dat in dit stuk nogmaals doen door drie vragen te stellen:

  • Hoe verwachten we mensen warm te maken voor een job als cipier, als noodkreten vanuit de sector — met de overbevolking als grootste bekommernis — simpelweg door beleidsmakers worden beantwoord met de uitvoering van alle korte straffen in diezelfde uitpuilende gevangenissen?
  • Hoe verwachten we dat brandweerlieden in alle veiligheid hun werk kunnen doen, als de branden die ze moeten blussen voornamelijk voortkomen uit structurele onderbezetting en verouderde werkomstandigheden?
  • Hoe kunnen we van onze samenleving verwachten dat ze politieambtenaren weer respecteert, als beleidsmakers zelfs niet in staat zijn hen een eerlijke eindeloopbaanregeling te bieden — laat staan hun beroep eindelijk als zwaar beroep te erkennen?

Als de overheid écht belang hecht aan een veilige samenleving, dan is het essentieel dat zij de bekommernissen van ons veiligheidspersoneel serieus neemt. Dat betekent: luisteren naar hun noden, investeren in moderne infrastructuur en het aanpassen van hun statuten aan de 21ste eeuw.

Een beleid dat daar faalt, zet onvermijdelijk de deur open voor chaos. Resultaat? Overvolle, onbeheersbare gevangenissen, afhakende politieambtenaren en brandweerlieden, en een overwerkte magistratuur. Kortom, een samenleving op de rand van wetteloosheid.

Injectie

Het besef dat investeren in defensie onontbeerlijk is, is ondertussen eindelijk doorgedrongen. Dat werd tijd. Maar laten we ons niet enkel blindstaren op veiligheid buiten onze grenzen, want ook de binnenlandse veiligheid schreeuwt om een stevige en gerichte financiële injectie. Dat zijn we de mensen die verzuipen op het terrein meer dan verschuldigd.

Want als overheid kan je respect voor mensen — respect voor zij die dag in dag uit hun leven riskeren en ten dienste staan van de maatschappij — niet verlangen of als vanzelfsprekend beschouwen als je dit zelf niet uitdraagt in je beleid.

De hele veiligheidssector zit midden in een ‘war on talent’. Dat in een sector die de ruggengraat vormt van elke stabiele, welvarende samenleving. Het zou dan ook evident moeten zijn dat we veilige, eerlijke en aantrekkelijke werkomstandigheden creëren voor zij die tot deze cruciale beroepsgroep behoren.

Veiligheid begint met erkenning van onze mensen die elke dag opnieuw het beste van zichzelf geven óp het terrein. Hoog tijd dus om eindelijk te zorgen voor zij die voor ons zorgen.

Jinnih Beels (Vooruit) is lid van de Kamer van Volksvertegenwoordigers en oud-politiecommissaris. Ook is ze schepen in de stad Antwerpen.

Commentaren en reacties