Democratie of Europa? DEMOCRATIE!
Het existentiële debat over zin, nut of noodzaak van een EU mag niet worden gevoerd en zeker niet over de vraag waar Europa naartoe gaat.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHet is nu duidelijk hoe de Brusselse eurocraten de democratie zoals die tot uiting kwam tijdens het Britse referendum over het Europese lidmaatschap van het Verenigd Koninkrijk hopen de kop in te drukken. Hun propagandist Paul Goossens komt ervoor uit (in De Standaard van 2 juli) hoe hij en zijn vrienden een klimaat hopen te scheppen waarin de brexit vermorzeld wordt door controverse en polemiek. Hij schrijft triomfantelijk dat ‘verkozenen kunnen de uitslag van de volksraadpleging negeren. Er is geen verplichting om de beslissingen van de de directe democratie – hoe geniaal, slim, dwaas of oliedom ook – uit te voeren’. Goossens is niet aan zijn proefstuk toe. Reeds in De Standaard van 26 juni schreef hij: ‘Londen moet nu door het stof’, en direct na het referendum zat hij al op de kap van Boris Johnson, die hij er verkeerdelijk van verdacht het Britse eerste ministerschap te ambiëren. Hij vergat blijkbaar dat Johnson ook wel wist dat hij geen kans maakte, niet omdat hij zich tegen Europa keerde, maar wel omwille van een oude affaire. Destijds had hij als hoofdredacteur van The Spectator een verhouding gehad met een redactrice van het blad, die was geëindigd op een ongelukkige manier. De zaak kwam in de roddelpers, en Johnson was te kwetsbaar om nog eerste minister te worden.
Men voelt duidelijk waar de campagne van de eurocraten op aanstuurt. Ze willen elke kandidaat eerste minister uitsluiten tot er eindelijk een kandidaat uit de bus komt, die hun goedkeuring wegdraagt. Zo zijn ze nu bezig zoveel mogelijk reputatieschade toe te brengen aan Theresa May, de zeer geschikte minister van Binnenlandse Zaken, die het in zich heeft om een waardige Margaret Thatcher bis te worden. Ze is krachtdadig, rechtlijnig en een voorstander van het eerbiedigen van de uitslag van het referendum. Toen direct na het referendum David Cameron zijn ambt van eerste minister neerlegde, leek zij, veel meer dan de excentrieke Johnson, de meest geschikte kandidaat voor zijn opvolging. Maar ze zei ook van het begin af dat er geen politiek mogelijk was buiten de strikte toepassing van de uitslag van het referendum. Ze zei woordelijk dat het Britse volk in opstand zou komen als dat niet gebeurde.
Maar dat dat niet gebeurt is wat de eurocraten willen. De Britten hebben met de woorden van Goossens: ‘de foute keuze’ gemaakt en dus heeft volgens de eurocraten die keuze geen politiek effect. Het is een opvatting van de democratie die men tot hiertoe alleen aantrof in dictaturen. Langs alle kanten wordt nu propaganda gemaakt om de uitslag van het referendum simpelweg te negeren. Goossens vindt zelfs dat er over Europa alleen ‘een positief debat’ zou mogen worden gevoerd, dat is een debat van Goossens tegen Goossens, met als conclusie dat Goossens gelijk heeft.
Als democraat kun je alleen maar jaloers zijn op de Britten, die de moed hadden om hun lidmaatschap van de EU op de meest geschikte democratische wijze aan het volk voor te leggen. Dat durft momenteel geen ander land. Maar als democraat kun je ook alleen maar vaststellen dat Brussel niet weet wat democratie is, en dat – mocht het er toch iet van begrijpen – Brussel bovendien vindt dat democratie slecht is en niet van toepassing op de Europese instellingen. Allerlei Europese instanties werken zonder enige democratische controle, bijvoorbeeld de belangrijke topgroep van ministers die de Monetaire Unie bestuurt en voortdurend maatregelen treft die het dagelijks leven van de Europese burger regelen. Deze groep duldt geen pottenkijkers. Van de vergaderingen worden geen notulen gemaakt of bewaard. Het Europese parlement heeft geen bevoegdheid in deze materie. Enzovoort. Nu er eindelijk eens in een land een debat is geweest over het lidmaatschap, geeft men ons direct te verstaan dat we er ons niet moeten aan verwachten dat de volkswil wordt uitgevoerd, en dat we er geen zaken mee hebben binnen welke termijn en onder welke voorwaarden dit zal gebeuren.
Europa heerst als god over de mensen, hun instellingen en het heelal. Het existentiële debat over de zin, het nut dan wel de noodzaak van een EU mag niet worden gevoerd, en al zeker mag niet de vraag gesteld worden waar Europa naartoe gaat. Zijn er dan geen voordelen verbonden aan de Europese eenmaking? In een aantal opzichten wel, zoals het vrij reizigersverkeer en de afschaffing van paspoortcontrole. Maar vraag eens aan de honderdduizenden werkloze jongeren in Griekenland, Spanje of Frankrijk of ze het leuk vinden dat de rijken steeds rijker worden, en de werkloosheid die daarmee gepaard gaat steeds nijpender. Vraag het ook aan de vele Engelsen die hun stem tijdens het referendum hebben uitgebracht tegen de sociale stagnatie en de vele door Europa opgelegde bezuinigingen in de gezondheidszorg en in het onderwijs, wat zij ervan denken als mocht blijken dat hun stem tot niets heeft gediend. Theresa May had gelijk toen ze voorspelde dat een eventule niet-uitvoering van de brexit de democratie in Engeland zelf en niet slechts in Europa, in gevaar zou brengen.
En dan stelt die eertijds zeer linkse Goossens vanuit zijn comfortabel Europees pensioen zich te weer tegen het anti-Europese arbeidersvotum. Ach, welke waters heeft Goossens al niet doorzwommen, en op één na (Leuven Vlaams) waren ze allemaal nogal troebel. Tot hij het ook niet goed meer wist en hij in Europa terechtkwam als fidele luitenant van Guy Verhofstadt,en hij begon zoveel mogelijk de Europese democraten te bestrijden. Wat een weg! Maar ook, waar Europa toe dient. Het is een wegwerpcontainer voor overtollig personeel, maar daar worden wij wel door bestuurd.
‘Het neoliberale Europa (van Goossens) drijft op misprijzen en minachting voor het volk’ (Solidair, van PvdA, juli 2016). Daarmee is hij zijn laatste linkse vrienden kwijt, en kan Goossens zonder schroom of schande tot het einde van zijn dagen als woordvoerder optreden van het Europese monopoliekapitaal.
Mark Grammens (1933) was uitgever en hoofdredacteur van De Nieuwe en Journaal. Hij schreef ook in 't Pallieterke, Het Volk, Trouw, Tijdschrift voor Diplomatie. Hij kreeg de Orde van de Vlaamse Leeuw en de Prijs voor de Vrijheid.
In 1988 – twintig jaar na mei ’68 – stelde Mark Grammens zich de vraag wat er feitelijk te vieren was, dan ‘des enfantillages’ die alles behalve progressief waren.
De reislust voert uw schrijver naar de Maas en Brussel, waar hij onthaald wordt door een villa, kunstschilders en een schaamteloos jonge fotograaf.