JavaScript is required for this website to work.
BINNENLAND

Forum

Etnische politiek in Schaarbeek: voorbeeld van hoe het niet moet

Süleyman Çelik (Jong N-VA VUB): ‘Schaarbeek verdiende zogezegd een Turkse burgemeester omdat een groot deel van de inwoners Turks is.’

Süleyman Celik is masterstudent fiscaal recht, voorzitter van Jong N-VA VUB, en combineert zijn studies met zijn functie als kabinetsmedewerker lokaal beleid bij Vlaams minister voor Brussel en Media Cieltje Van Achter. Hij schrijft steeds in eigen naam.

20/11/2024Leestijd 3 minuten

Süleyman Çelik (Jong N-VA VUB): ‘Schaarbeek verdiende zogezegd een Turkse burgemeester omdat een groot deel van de inwoners Turks is.’

De gemeenteraadsverkiezingen van 13 oktober in Schaarbeek zullen ongetwijfeld de geschiedenis ingaan als een kantelpunt, niet vanwege de implementatie van innovatieve beleidsvoorstellen of gedurfde toekomstvisies, maar vanwege de prominente rol die etniciteit en communautaire spanningen speelden.

Met PS-kandidaat Hasan Koyuncu, van Turkse afkomst, die het hoogste aantal voorkeurstemmen vergaarde, leek de weg naar het burgemeesterschap voor de eerste Turkse burgemeester van Schaarbeek open te liggen. Maar deze verkiezingen werden gekenmerkt door een campagne waarin nationalistische retoriek, etnische sentimenten en beschuldigingen van racisme de boventoon voerden. Deze dynamiek roept de vraag op in hoeverre de inzet van etniciteit als campagnemiddel niet alleen het democratische proces ondermijnt, maar ook een symptoom is van een bredere maatschappelijke mislukking: de mislukking van integratie.

Hasan Koyuncu

De campagne in Schaarbeek belichaamde een uiterst problematische vorm van politiek bedrijven, waarin partijen op schaamteloze wijze inspeelden op de etnische afkomst van een aanzienlijk deel van de kiezers. In plaats van een inhoudelijk debat over de toekomst van Schaarbeek, zagen we een verdeeld politiek landschap waarin verschillende gemeenschappen tegen elkaar werden uitgespeeld.

De PS profileerde Koyuncu niet vanwege zijn capaciteiten of een visie voor de toekomst van de gemeente, maar vanwege zijn Turkse afkomst, met de impliciete boodschap dat hij hierdoor aanspraak zou maken op de steun van Turkse inwoners in Schaarbeek. Dit soort campagnevoering effende de weg voor een nationalistische boodschap: Schaarbeek verdient een Turkse burgemeester omdat een groot deel van de inwoners Turks is.

Erkenning

Het is opvallend, en tegelijk verontrustend, hoe de oorsprong van dit discours het politieke proces in Schaarbeek heeft vergiftigd. Politieke vertegenwoordigers zouden zich moeten inzetten voor het geheel, niet voor een deel van de bevolking, en zeker niet met etnische of nationalistische retoriek als fundament van hun campagnemateriaal.

De campagne van Koyuncu en zijn partij leek daarentegen eerder een strijd om erkenning van een gemeenschap op basis van afkomst, eerder dan een mandaat om te regeren in het belang van het hele electorale corpus. Dat een burgemeester in de zesde grootste gemeente van België verkozen wordt op basis van afkomst, en geen campagne kan voeren voor alle inwoners, is een pijnlijke realiteit.

PS en MR

Daar bleef het ook niet bij. Het mislukken van de onderhandelingen tussen de PS en de MR versterkte de polarisatie verder. Bij deze onderhandelingen stelde de PS dat MR geen samenwerking wenste vanwege de Turkse afkomst van Koyuncu, een beschuldiging die door het Brusselse PS-kopstuk Ahmed Laaouej als ‘racisme’ werd bestempeld. Dat was een zeer bewuste zet van Laaouej, want zijn discours versterkt communautaire tegenstellingen en maakt van het burgemeesterschap een trofee gebaseerd op etniciteit, een soort overwinning van een bevolkingsgroep tegen de ‘onderdrukkers’.

Nog verontrustender is de manier waarop de electorale strijd in Schaarbeek vertroebeld werd door de import van buitenlandse politieke conflicten. De Turkse politieke spanningen vonden hun weg naar de Schaarbeekse gemeentepolitiek, met beschuldigingen van steun aan de PKK door de ene partij en banden met de Gülenisten door de andere. Belgische politiek wordt zo een verlengstuk van buitenlandse conflicten, wat de cohesie binnen de gemeente ondermijnt en leidt tot een politiek van verdeeldheid, eerder dan een van verbinding. Dat is niet alleen ongezond voor de democratie; het vervormt ook de politieke keuzes van burgers, die zich gereduceerd zien tot vertegenwoordigers van buitenlandse conflicten en politieke fracties.

Crisis

Politiek zou moeten draaien om het algemeen belang en gemeenschappelijke waarden die ons als samenleving verbinden. In plaats daarvan zien we die idealen verdwijnen. Etniciteit en afkomst – aspecten die maar een deel van identiteit uitmaken – lijken belangrijker te zijn geworden dan democratische principes. Hierdoor verdwijnt het idee van een samenleving waarin elke burger gelijk wordt behandeld. Politiek wordt een strijdveld van tribalistische identificaties, waarin mensen vooral gezien worden als vertegenwoordigers van een etnische groep in plaats van als gelijkwaardige burgers.

De politieke crisis in Schaarbeek wijst op een ernstig probleem met ons integratiebeleid. Dat beleid heeft gefaald om een gedeelde identiteit te creëren die ons als samenleving verbindt, ongeacht afkomst. Wat we nu zien is geen gemeenschap van burgers, maar een samenleving die opgedeeld is in parallelle gemeenschappen die vooral vasthouden aan hun eigen achtergronden. Zolang we accepteren dat afkomst belangrijker is dan persoonlijke kwaliteiten, bouwen we geen samenleving van verbonden burgers, maar een losse verzameling van groepen. Politiek wordt dan vooral het behartigen van etnische belangen in plaats van het bevorderen van eenheid en gelijkheid.

Süleyman Celik is masterstudent fiscaal recht, voorzitter van Jong N-VA VUB, en combineert zijn studies met zijn functie als kabinetsmedewerker lokaal beleid bij Vlaams minister voor Brussel en Media Cieltje Van Achter. Hij schrijft steeds in eigen naam.

Commentaren en reacties