Frans-Vlaanderen, tussen West-Vlaams en Nederlands
Een van de Vlaamse naamborden van EUVO.
foto © Foto: Edgard Stubbe/EUVO
West-Vlaams of Nederlands? In Frankrijk (jawel!) is het de inzet van een politiek spel.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHenri Vaassen is docent Nederlands in Duinkerke en voorzitter van het Huis van het Nederlands in Belle. Ik ontmoette hem naar aanleiding van een uitzending over de Nederlandse taal voor de Frans-Vlaamse Radio Uylenspiegel waaraan we samen participeerden. Henri bevestigt me dat ongeveer 20.000 mensen in het noorden van Frankrijk, van lager tot universitair onderwijs, Nederlands leren. Hij brengt ook goed nieuws mee naar de uitzending met betrekking tot de start van officieel tweetalig onderwijs Nederlands-Frans in de streek. Een eerste project wordt dit jaar nog opgestart in Rosendael bij Duinkerke, aldus een beslissing van de Franse onderwijsautoriteiten.
20.000 studenten
Veel Vlamingen hier denken dat er een verband bestaat tussen die 20.000 studenten die Nederlands leren, en het spreken van de West-Vlaamse streektaal aldaar. Henri wil ons niet teleurstellen maar : ‘de waarheid is dat wie vandaag de dag Nederlands studeert in Frans-Vlaanderen voor de overgrote meerderheid, geen kennis heeft van de streektaal’. Voor de goede en eenvoudige reden dat ze als thuistaal zo goed als uitgestorven is. Het aantal mensen dat nog de Frans-Vlaamse streektaal spreekt is nooit officieel vastgesteld. De optimisten spreken over 20.000. De realisten over enkele duizenden.
Anosteké
In het café of op de markt kan je nog wel Vlaamsch horen klappen door oudere mensen. Door de vele naamborden in het Vlaamsch, zou je fout kunnen concluderen dat de streektaal nog springlevend is. Karel Appelmans, een Gentenaar die al enkele jaren in Frans-Vlaanderen woont, is er — en terecht — fier op: met zijn vereniging Euvo heeft hij duizenden Vlaamse naamborden op huizen aangebracht. Maar dat is nog geen garantie dat de eigenaars van die huizen West-Vlaams of Nederlands spreken. Ze houden nog van de klanken van hun oude taal, dat wel. Maar de kennis ervan is meestal herleid tot de kennis van enkele woorden en zinnen, en een leeuwenvlag in de tuin.
Karel stelt vast: ‘zelfs tussen Vlaamsgezinden of binnen een Vlaamse vereniging in Frans-Vlaanderen is de voertaal meestal Frans’. Ze moeten soms hulp krijgen om de naam van hun huis te kunnen uitspreken. Dit verklaart ook de schrijfwijze van het biermerk Anosteké. De naam moest fonetisch worden weergegeven omdat weinig Frans- Vlamingen ‘tot een noaste (andere) keer’ kunnen lezen.
Vlaamse filmpjes
De West-Vlaming Mark Ingelaere, geboren op een boogscheut van de schreve, spreekt de streektaal van de Westhoek. Hij maakt prachtige filmpjes van de laatste Frans-Vlamingen die hun sappige West-Vlaamse taal nog machtig zijn. Hij heeft inmiddels bijna 200 filmpjes opgenomen, zonder wetenschappelijke pretentie maar zeer waarachtig. Je kan ze op YouTube bekijken.
Aandoenlijk is het te luisteren naar deze laatste getuigen van de aanwezigheid van onze taal in Frans-Vlaanderen, die ooit nog in Artesië, en tot aan de kust bij Kales en in Land van Bredenaarde, werd gesproken. De opnames zijn ook zeer interessant studiemateriaal voor taalkundigen. Mark kreeg hiervoor terecht lof en aanmoediging van onder meer de bekende Nederlandse taalkundige en dialectoloog Marc van Oostendorp, verbonden aan het Meertensinstituut en de Universiteit Leiden.
Een erkenning voor de streektaal
De laatste jaren wordt onder de naam Flamand Occidental een revival van de streektaal gestimuleerd met cursussen en opleidingen in de volkstaal. Dit is het werk van de vereniging Akademie voor Nuuze Vlaemsche Taele (ANVT). Een duizendtal cursisten volgen deze opleidingen in de streektaal. Een aantal dat niet in verhouding staat tot de 20.000 mensen die er Nederlands leren. Maar het belet de ANVT niet de show te stelen en het debat te kapen.
De ANVT biedt de gemeenten ook een tweetalig charter aan met als doel de naam van de gemeente, soms ook de straatnaamborden, en de toeristische informatie in de twee talen West-Vlaams & Frans te vermelden. In de traditie van de Vlaamse taalkundigen als Gezelle, De Bo, Willem Pée en Cyriel Moeyaert is men ook overgegaan tot het verzamelen van specifieke woorden in het West-Vlaams. Dit leidde onlangs tot de uitgave van een tweetalig Woordenboek van de Vlamsche taele in Frankryk.
Lobbyen voor het West-Vlaams
Maar de sterkte van de ANVT berust vooral in haar lobbywerk bij allerlei lokale politieke mandatarissen, burgemeesters, leden van de Regionale Raad, volksvertegenwoordigers. De meeste van deze politici hebben nog nooit een woord West-Vlaams, laat staan Nederlands, uitgesproken. Ze weten eigenlijk niet waar het om gaat, maar dit kan de pret niet bederven. Zo is onlangs door de Regionale Raad van ‘ Hauts-de-France’ het West-Vlaams als regionale taal erkend, met forse subsidies voor de ANVT tot gevolg. Sterker nog, de Regionale Raad wil overgaan tot de oprichting van een ‘Puublike Office van het West-Vlamsch’ (sic). Dat is een moeizame vertaling voor ‘Office public du Flamand Occidental’.
De erkenning van de regionale taal zou al bij al goed nieuws betekenen, ware het niet dat het ANVT kiest voor het West-Vlaams los van het Nederlands. Men doet er alles aan om in alle publicaties het West-Vlaams in spelling en syntaxis maximaal te differentiëren van het Nederlands. Voor sommige mensen van de Akademie voor nuuze Vlaemsche Taele is het Nederlands gewoon een vreemde taal die niets met het West-Vlaams te maken heeft. De Regionale Raad heeft dus ook op aanraden van de ANVT het West-Vlaams, zonder enige link met het Nederlands, erkend. 20.000 studenten Nederlands worden zo door de officiële instanties van de regio ‘Hauts-de-France’ in de steek gelaten.
Steun voor het Nederlands
Enkele Frans-Vlamingen komen in het verweer en klagen deze situatie aan. Ze willen dat de erkenning van het West-Vlaams als streektaal wordt verbonden aan de erkenning van het Nederlands. Men komt tot de Kafkaiaanse situatie dat de Regionale Raad van de regio ‘Hauts-de-France’ pro West-Vlaams is. Terwijl politici van de Regionale Raad van het Noorden departement het onderwijs van het Nederlands steunen.
Het West-Vlaams en het Nederlands als voorwerp van een politiek spel in Frankrijk, stel je voor. Een nieuwe vereniging, de Andries Stevenkring, genoemd naar een 18de eeuwse Frans-Vlaamse taalkundige uit Kassel, wil het dwaalspoor van het West-Vlaams zonder het Nederlands aankaarten. De nieuwe vereniging overweegt de organisatie van een Staten Generaal van het Nederlands met de steun van verkozenen uit de Regionale Raad van het Noorden-departement.
Rol voor Vlaanderen
Deze Frans-Vlamingen voelen zich door sommige Vlamingen aan deze kant van de Schreve in de steek gelaten. Dat West-Vlaamse organisaties het onderwijs van het West-Vlaams in Frans-Vlaanderen zogezegd steunen om er, kost wat kost, het personeel dat ze te kort hebben, te kunnen rekruteren, kunnen ze missen als kiespijn. Wil iemand van de West-Vlaamse werkgeversorganisaties opstaan en duidelijk maken dat de taal van het Vlaamse bedrijfsleven het Nederlands is?
Ook de Vlaamse regering zou een zinvolle rol kunnen spelen in dit verhaal. Men kan zich toch afvragen waartoe meer Vlaamse macht leidt als ons internationaal cultureel beleid het onderwijs van het Nederlands in Frans-Vlaanderen niet steunt, ook niet financieel. Terwijl zwijgt de Taalunie in alle talen en bewijst ze haar irrelevantie in de grensgebieden en in de steun aan de Nederlandse taal extra muros.
Wido Bourel (1955) is Frans-Vlaming, publicist en promotor van de Nederlandse taal en cultuur in zijn geboortestreek. Al heel jong zette hij zich in voor de verdediging van de Vlaamse identiteit in Frans-Vlaanderen. Hij publiceerde verschillende werken over Frans-Vlaanderen, de relatie Benelux-Frankrijk, taal, cultuur en geschiedenis van de Lage Landen en de Europese volkeren.
Moord op een Corsicaanse nationalist in een zwaarbewaakte Franse gevangenis: de moordenaar verklaart door de Franse veiligheid te zijn benaderd.
Frédéric De Gucht ziet de Brusselse onderhandelingen afspringen en de federale doodbloeden. ‘Ze lijken een ander verkiezingsresultaat te willen.’