JavaScript is required for this website to work.
post

Kin-ball: antropologie op zaterdag

Tom Garcia29/3/2014Leestijd 2 minuten

Kuierend door het dagelijkse bestaan van onze Zuidervrienden, kom je al eens vermakelijke dingen tegen. Neem bijvoorbeeld de illustere en in Franstalig België behoorlijk populaire sport ‘Kin-Ball’. Quoi?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Kin-ball is een zaalsport die in 1986 uitgevonden werd door een zekere Mario Demers, sportleraar in het Canadese Québec. Doel van het spel is eenvoudig: serveer een bal zo dat de tegenstander ze niet kan opvangen voor ze de grond raakt. Het eigenaardige is echter dat er tijdens een match drie teams tegelijk op het veld staan en dat er gespeeld wordt met een bal van maar liefst 1,22 meter diameter! Die enorme bal weegt gelukkig amper 1 kg. Het speelveld is de gehele vloer van de sportzaal, die echter maximum 21 op 21 meter mag zijn. Alle andere ‘voorwerpen’ in de zaal, zoals plafond, muren, palen, rekken … behoren niet tot het speelveld en zijn bijgevolg ‘buiten’. Elk team bestaat uit maximum 4 spelers, de rest wacht als invaller op de bank.

Er bestaan ook geen clubkleuren tijdens een wedstrijd, alleen de drie officiële kleuren zwart, grijs en roze. Voor aanvang spreken de teams af in welke kleur ze spelen. Dat zorgde wel eens voor wat lacherige discussies omwille van die laatste kleur, waarop beslist werd die te vervangen door blauw.

De finesses van het spel zijn ons ook niet helemaal duidelijk, maar een match start met het opslaan van de bal. Drie van de vier spelers van het startende team zitten op één knie onder de bal en houden deze met twee handen boven hun hoofd. De vierde mag de bal een lel verkopen, maar pas nadat hij luid ‘OMNIKIN’ roept, gevolgd door de kleur van één van de twee andere teams. Het aangeroepen team moet dan de bal opvangen voor deze de grond raakt. De bal mag gecontroleerd worden met alle delen van het lichaam, maar mag niet geklemd of gegrepen worden, een beetje zoals bij volleybal. Bedoeling is om erin te slagen de bal op die manier stil te leggen en vervolgens weer op te slaan. Punten worden alleen gescoord als de ontvangende ploeg de bal niet kan opvangen zonder dat deze de grond raakt of wanneer er een fout gemaakt wordt. Dat is dan onder meer wanneer de bal bij het opslaan ‘buiten’ is, als er niet ver genoeg opgeslagen wordt of als de speler die opslaat per ongeluk de kleur van zijn eigen team roept…

Na drie keer een kwartier spelen, wint de ploeg met de meeste punten. Nu mag deze sport op zich al vreemd zijn, wat ook opvalt, is dat het in ons land dus enkel bij onze zuiderburen lijkt aan te slaan. Een turnleraar uit Erpe-Mere deed bij wijze van eindwerk een poging en stichtte de eerste Vlaamse Kin-Ball ploeg in 2005, maar in de jongste speelkalender zijn toch alleen maar Franstalige teams terug te vinden.

 

Foto: wedstrijd Zwitersland (grijs), Frankrijk (blauw), België (zwart) tijdens het Europees kampioenschap kin-ball 2013 in Neuchâtel. (c) Vuitel Lucas

Tom Garcia (1967) is zelfstandig reclameman met grote interesse voor migratie, integratie en gemeenschapsvorming. Hij is bezieler en kernlid van Vlinks.

Meer van Tom Garcia

100 jaar geleden stierf de linkse activist Herman Van den Reeck. Hij raakte zwaargewond door een politiekogel tijdens een Vlaams-nationale betoging. Daarmee werd hij een icoon van een aparte generatie.

Commentaren en reacties