JavaScript is required for this website to work.
Religie

Missionaris, knechtje van het kapitaal

Zijn kolonisering en missionering twee zijden van één munt?

Frans Crols2/7/2020Leestijd 4 minuten
Waren missionarissen knechtjes van het kapitaal in de kolonies? Jarenlang
onderzoek, onder meer door Valeer Neckebrouck leert dat het missioneringsverhaal
niet zwart is, wel wit-zwart, een zebra.

Waren missionarissen knechtjes van het kapitaal in de kolonies? Jarenlang onderzoek, onder meer door Valeer Neckebrouck leert dat het missioneringsverhaal niet zwart is, wel wit-zwart, een zebra.

foto © BelgaImage / Marco Longari / AFP

Wanneer sneuvelen de ruiten van de missiecongregaties? Is de missionaris de grote medeplichtige van de kapitalistische koloniale uitbuiter?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Wanneer sneuvelen de ruiten van de ordegebouwen van Scheut in de Brusselse zuidrand? Volgens links zijn missionarissen de knechtjes van het kapitaal in de kolonies en de Derde Wereld. Na menie over Leopold II, Boudewijn en Baden Powell mag een kordate afstraffing van de missionerende uitbuiters niet wachten.

Vervolging van christenen

De christenen zijn wereldwijd de meest vervolgde religieuze groep, en bijlange niet de moslims. Tien procent van de 2 miljard christenen leven in situaties van onderdrukking en vervolging. De vervolgers noemen de missionering een hoofdreden van de vijandschap. Klopt dat historisch? De geschiedenis van de missionering sedert 1800 is enghartig onderzocht. Het antwoord op de vraag of kolonisering en missionering twee zijden zijn van één munt, is niet beantwoord door onderzoek die naam waardig.

‘Zelfhaat en cultuurrelativisme zijn kenmerken van de westerling van vandaag. Hij laat zich mythes aanpraten die meestal onderlijnen hoe wild, barbaars en vernietigend hij is te werk gegaan bij de kolonisering van Afrika, Latijns-Amerika en Azië’, betoogt Valeer Neckebrouck in zijn boeken. De priester, oud-missionaris en antropoloog onderzocht jarenlang de missionering. Keer op keer besloot hij dat rustig en breed onderzoek toont dat het missioneringsverhaal niet zwart is, wel wit-zwart, een zebra.

Bondgenoot en tegenstander

Goede research is ‘Missions and Empire‘ van 2005 onder de leiding van Norman Etherington, een doctor van Yale, in de reeks Oxford History of the British Empire. Etherington en zijn team overspannen tweeënhalf eeuwen en drie continenten. De besluiten zijn als volgt. In verhouding met de bereikte oogmerken was het aantal en de rol van de westerse missionarissen zeer beperkt. De hoofdresultaten zijn immers opgetekend door de landeigen catechisten en christenen. De missies waren soms bondgenoten van de kolonisatoren. Even vaak waren zij echter tegenstanders (één voorbeeld: hun rol in de anti-slavernijcampagnes). Erg logisch vervolgens, de dekolonisering was een vrucht van de scholing door de paters en de zusters die de revolterende elites hebben opgeleid.

Elke zogenaamde of vermoede alliantie tussen de missionarissen en de kolonisatoren moet concreet bekeken worden. Welke Europese staat was de kolonisator? De Belgen hadden hun specifieke aanpak, evenals de Fransen, de Engelsen, de Portugezen en de Duitsers. Welke nationaliteit had de missionaris. ‘Onze’ Congo, bijvoorbeeld, was het werkgebied van Belgen, maar evenzeer van Scandinaven, Schotten, Grieken, Amerikanen. Over welke christelijke kerk praten wij? Soms was er een vriendschappelijke band tussen missie en kolonie. Op andere ogenblikken stonden die lijnrecht tegenover mekaar over de rechten van de Afrikanen, de Latijns-Amerikanen, de Aziaten.

Links laten

Verhalen blijven vertellen over de westerse missionerende rovers die Afrika, Latijns-Amerika en Azië mee naar hun menselijke, culturele en economische ondergang zouden geduwd hebben, is verwerpelijk. Een van de gevolgen van die pseudo-geschiedenis is dat na Vaticunum II de verlinksende kerk de klemtoon van missionering verschoof naar ontwikkelingsbijstand.

Niemand zal ontkennen dat dat de strijd voor ontwikkeling en bevrijding in het hart van het christendom zit. Maar iedereen kent bezielde linkse christenen die, naarmate zij de inzet voor de verwezenlijking van de socialistische idealen meer als de kern van de evangelische boodschap gaan zien, aan het einde van de reis ontdekten dat zij links zijn gebleven, maar dat zij tevens geleidelijk het christendom links hebben laten liggen.

Missionaris-onderzoeker

Missionarissen waren naast zendelingen ook onderzoekers, kenners van het werkveld. Een prachtig voorbeeld is de Vlaming en Franciscaanse missionaris Placide Tempels (Berlaar 1906). Hij publiceerde in 1945 het geruchtmakende boek La Philosophie Bantoue. Een mengeling van filosofie, antropologie en etnologie. Aanvankelijk leverde hem hem dat sterke tegenkanting op in burgerlijk en kerkelijke kring.

Zijn eerste jaren in Congo zag hij zo: ‘Ik ben in Afrika gekomen in 1933 als Europeaan, als blanke, in een gekoloniseerd Afrika en vooral met de gedachte de drager te zijn van een goddelijke boodschap… Dat gaf mij een klerikale houding in van geestelijk heer, autoritair doctor, religieuze functionaris, hoofd en herder van een kudde… Ik ben jaren door het oerwoud getrokken, ik heb gepredikt, onderricht, mijn kerk proberen te organiseren… Na zoveel moeite ben ik overspoeld door wanhoop, omdat ik voelde dat ik had gefaald en niets had wortel geschoten.’

Bantoe met de Bantoes

Placide Tempels vatte na die inzinking de studie aan van de Bantoe. Wat is hij? Wat verlangt hij? Dat resulteerde in het boek dat tot vandaag lof verdient. Alhoewel hij overdreef door het Bantoedenken de status toe te dichten van de geestessystemen van Plato en Aristoteles.

Missionarissen waren overal bedrijvig in het optekenen van tradities, gedachten, talen, animistische gebruiken, voedings-, landbouw- en leefpatronen. Griek zijn met de Grieken, of Bantoe met de Bantoes, was een motivatie. De missionarissen zijn niet de bedenkers van de antropologie — deze gaat terug tot de Verlichting en was bij de oorsprong vaak antireligieus, atheïstisch en vijandig ten overstaan van de missies (het doel van de eerste antropologen was dikwijls het aantonen van de cultuurvernietiging door de missies) — echter zij behoren tot de hulptroepen.

Scheut

De ruiten van Scheut zijn alsnog heel. Ter linkerzijde beweegt er een en ander. Jaren geleden biechtte de toen gepensioneerde VRT’er, progressief en Afrika-kenner Guy Poppe in een gesprek met mij op: ‘Ik zag het toneelstuk Missie van David Van Reybrouck, een eye opener voor mijn generatie, driemaal. Het verhaal is gebaseerd op de loopbaan van Jo De Neckere, Witte Pater in Bunia, die ik persoonlijk ken. David bant het zure, het venijnige uit het wedervaren van een missionaris, en dat in tegenstelling met de klassieke houding van de recensenten en de intellectueel met de achtergrond in de jaren zestig. Je ziet een mens van goede wil die geconfronteerd wordt met de omwentelingen in de ex-kolonie en de ontkerstening in zijn land van oorsprong. Ik waardeer die teneur in de creatie van David.’ 

Frans Crols was hoofdredacteur en directeur van het economisch magazine Trends en na zijn 65 werd hij vrije pen van ’t Pallieterke, Tertio en Doorbraak.

Commentaren en reacties