JavaScript is required for this website to work.
post

Niet ontgroeien maar kwaliteitsvol groeien in de strijd tegen klimaatverandering

Anneleen Van Bossuyt 25/5/2023Leestijd 2 minuten
Anneleen Van Bossuyt (N-VA).

Anneleen Van Bossuyt (N-VA).

foto © BELGA

Anuna De Wever pleit voor ‘ontgroeien’. Dat is de verkeerde weg en ondermijnt de welvaartsstaat, zegt Anneleen Van Bossuyt (N-VA) in deze vrije tribune.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Dit is een vrije tribune door Anneleen Van Bossuyt (N-VA).

Anuna De Wever stelde in De Afspraak dat de enige oplossing voor de strijd tegen klimaatverandering ‘degrowth’ of ‘ontgroeien’ is. Daar stel ik mij vragen bij. Mensen vragen in te boeten op hun welvaart, gaat in tegen de menselijke natuur. De mens wil steeds vooruitgaan, het steeds beter hebben. Vragen een andere richting uit te gaan, druist daar regelrecht tegenin en ondermijnt het draagvlak om de noodzakelijke strijd tegen klimaatverandering aan te gaan. Wat we nodig hebben, is kwalitatieve groei. Een groeimodel waarbij we de externe kosten van die groei niet negeren.

Ja, we moeten zuiniger met onze energie omgaan. De goedkoopste kilowattuur is nog altijd diegene die we niet verbruiken, is meteen ook de duurzaamste, de veiligste en diegene waarmee we het minst afhankelijk zijn van anderen. Ja, de gevolgen van de klimaatverandering en de rush op schaarse grondstoffen zal de geopolitieke spanningen nog vergroten. Maar neen, we hebben niet de morele plicht onze levensstandaard te verlagen.

Innovatie

Wat we nodig hebben is kwalitatieve groei. Dit betekent dat efficiëntie, inkomens, investeringen in onderwijs en gezondheid moeten toenemen. Afval en verspilling daarentegen moeten verminderen. Innovatie helpt om die kwalitatieve groei te verwezenlijken. Denk aan het nieuwe lichtere staal dat Arcelor Mittal in Gent produceert. Lichter staal betekent minder zware auto’s, en dus minder uitstoot. Niet alleen hier bij ons. Dit kan overal in de wereld autobouwers helpen lichtere auto’s te produceren en dus de uitstoot ervan te verminderen.

Is het trouwens ook niet paradoxaal dat we klimaatactivisten horen pleiten om economisch te ontgroeien maar tegelijk wel de koopkracht van de zwaksten horen verdedigen? Dat staat diametraal tegenover elkaar. Je kan geen welvaartsstaat bouwen op een economisch kerkhof. Als je de zwaksten in de samenleving wil ondersteunen, dan zijn daar jobs voor nodig zodat ze zelfredzaam zijn of, voor zij die niet kunnen werken, sociale ondersteuning, waar middelen voor nodig zijn. Zonder economische groei zal dat niet lukken.

Open economie

In dezelfde lijn ligt het pleidooi om meer lokaal te produceren en dus minder internationale handelsakkoorden te sluiten. Het ene sluit het andere nochtans niet uit. Met de open strategische autonomie werkt de Europese Unie aan het minder afhankelijk zijn van andere grootmachten voor de productie van bepaalde goederen en diensten. Veel mensen hebben de voordelen van de korte keten tijdens de coronacrisis (her)ontdekt. Maar met alleen lokale productie gaan we er niet komen. In een open economie zoals de Vlaamse zijn handelsakkoorden nodig om onze ondernemingen in staat te stellen hun producten en diensten te exporteren naar het buitenland. Bovendien zijn die handelsakkoorden een hefboom om ook elders op een meer duurzame, kwalitatieve manier te groeien.

Kortom, mensen mobiliseer je niet door hen een schuldgevoel aan te praten over hun levensstijl en te zeggen dat ze in hun welvaart moeten inboeten. En hogere belastingen of allerlei verboden zullen niet mobiliseren op een manier zoals beleidsmakers willen. Wel integendeel, denk aan de gele hesjes in Frankrijk. Een groeiverhaal rond kwalitatieve groei kan dat wel. Geen verhaal van een economische krimp of een ecologische kramp. Wel een verhaal van geloof in de toekomst, waarbij we de uitdagingen van morgen kunnen oplossen als we het écht willen. Waarbij we de reeds geboekte vooruitgang zien, en daardoor overtuigd zijn dat er nog meer vooruitgang mogelijk is. Dan heb je een wereldbeeld dat constructief en bruikbaar is om de uitdaging van de klimaatverandering aan te gaan.

De auteur is Belgisch kamerlid voor N-VA.

Commentaren en reacties