‘Ook kosmopolieten leven onder een kerktoren’
Indra Dewitte stopt na zes jaar als mede-anker van De Zevende Dag en stapt over naar Het Belang van Limburg. Een gesprek leert dat die stap helemaal past in de manier waarop ze nu tegen de wereld en het leven aankijkt.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnement‘Ik geef weinig interviews maar wil voor jou wel een uitzondering maken.’ De afspraak met Indra Dewitte werd over de telefoon gemaakt, dus de bijpassende knipoog moest er bij wordengefantaseerd. Maar op de dag van de ontmoeting lag Humo net in de winkel met op de voorpagina VRT-vertrekkers Lisbeth Imbo en … Indra Dewitte. ‘Ik geef echt weinig interviews’, herhaalt ze haast verontschuldigend bij de begroeting in de omroepdoolhof, ‘maar gezien de ontwikkelingen trekken de collega’s nu wel wat meer aan mijn mouw.’ Goed, Doorbraak zal Dewitte dus niet als eerste brengen en daarmee verschuift de ambitie; Doorbraak zal van Dewitte het beste interview brengen. Al zullen de onthullingen niet over Het Belang van Limburg van morgen gaan, waar ze aan de slag gaat als adjunct-hoofdredacteur.
Indra Dewitte: ‘Ik ken zelfs nog niemand bij mijn volgende werkgever. Ik werk nu nog helemaal voor De Zevende Dag en ga niet “al een beetje” bezig zijn met Het Belang van Limburg. Dat is half werk en absoluut niet mijn manier van aanpakken. Uiteraard denk ik daar over na en gingen de gesprekken vooraf ook wel ergens over maar ik zal mijn ideeën in Hasselt aan de medewerkers voorleggen en niet via de pers decreteren. Dat zou onfatsoenlijk zijn en een communicatieve blunder. Ik geloof niet in blijvend gepalaver. Op een bepaald ogenblik moeten er knopen worden doorgehakt. Maar een strikt hiërarchische aanpak waarbij “van boven” de opdrachten worden uitgedeeld, lijkt me ook geen beste aanpak. Overigens, “Het Belang” is vandaag een heel sterke regionale krant. Nieuwe initiatieven zoals de weekendbijlagen zitten goed. Ik ben geen crisismanager die een bedrijf in nood moet redden. Als adjunct-hoofdredacteur krijg ik de kans het product nog mee te helpen versterken. Hoe? Dat horen jullie wel op tijd.’
Doorbraak: Mooi dat we niet naar je wilde plannen met ‘Het Belang’ wilden vragen, want dan waren we van een kale reis thuisgekomen. Maar toch, ga je daar managen of ook af en toe iets schrijven?
‘Ik ben en blijf wel journaliste hé, journalist tot in de kist. Ik zal zeker ook geregeld de Kern (commentaarstuk van die krant) schrijven.’
Dan mag je die opgelegde neutraliteit van het VRT-huis overboord gooien.
‘Dat geloof ik niet. Die neutraliteit, dat zit erin. Zélfs als je een opiniestuk schrijft. Dit huis, de VRT dus, telt echt veel diverse mensen met veel diverse talenten. Dat stimuleert en biedt intellectuele vrijheid. Maar van dat begrip “objectiviteit” worden we hier echt doordrongen. De VRT wordt in sommige kringen nog altijd een rode burcht genoemd maar ik weet van binnenuit dat die indruk gewoon verkeerd is.’
‘Uiteraard leef ik als mede-anker van De Zevende Dag al jarenlang in direct contact met alle politieke toppers. Sommigen zijn bijna kennissen geworden, geen vrienden evenwel. Om echt een partijpolitieke keuze te maken, kwam ik te veel in contact met al die politici. Ik zou onmogelijk loyaal kunnen zijn aan één partij. Mijn voorkeuren lopen naargelang de thema’s over de partijgrenzen heen. Als ik een Kern zal schrijven dat is dat natuurlijk wel echt opiniërend. Dat moet een maatschappelijk engagement vertalen én het verhaal van de krant vertellen natuurlijk.’
Kranten mét smoel
Dat klinkt toch erg ontwijkend. De politieke partijen zoeken allemaal ideologische herbronning omdat ze zo op elkaar zijn gaan lijken. Moeten de kranten ook niet opnieuw meer ‘smoel’ krijgen? Ze lijken ook zo op elkaar.
‘Politieke partijen zoeken opnieuw hun specifieke positie. Ik vind dat uitstekend, zodat we weten waar ze eigenlijk voor staan. Daar hoort een scheut ideologie bij. Maar ik heb absoluut geen heimwee naar verzuilde kranten. Dagbladen moeten hun identiteit elders zoeken dan bij politieke partijen.’
De Morgen is een duidelijke linkse krant. Dat is toch een politieke keuze.
‘Ja, maar geen partijpolitieke. Ik ben voor die herkenbaarheid. De Tijd zet onder Isabel Albers ook weer een duidelijke lijn uit die een eigen publiek bedient. Voor Het Belang van Limburg ligt die identiteit uiteraard in de regionale verankering. Vroeger was het ook een katholieke krant maar wij willen alle Limburgers bedienen.’
Die waren vroeger ook allemaal katholiek maar als je daar weer bij aansluit moet je er ‘Het Belang van een deel van Limburg’ van maken. Jullie geloven dus in zoiets als een partijoverstijgend Limburgs belang?
‘Uiteraard en daarvan zijn wij de woordvoerder. Het sociaaleconomische verleden met de mijnen, dat tekent een provincie. Nu is dat ook weer zo met Ford Genk waardoor toch soms een wij-tegen-allen-gevoel ontstaat.’
Mooi te horen dat grondgebonden groepsidentiteiten blijkbaar niet zo passé zijn. Zet je geen journalistieke stap terug? Heel politiek Vlaanderen wilde ’s zondags zo graag bij Indra op schoot.
‘Geloof het of niet maar het was nooit mijn ambitie om mijn kop zoveel mogelijk op het scherm te krijgen. Ik heb De Zevende Dag zesjaar gedaan, ben nu veertig jaar en als zich dan een nieuwe uitdaging aanbiedt, wel dan “smijt” ik me nog eens graag. De Zevende Dag is een mooi verhaal en voor mij is dat nu geschreven. Ik werk het proper af. Einde seizoen zal hier einde Indra zijn. Mooi deurtje toe na het afwerken van de klus. En dan begint het andere verhaal. Het is niet omdat het regionaal is, dat het minder uitdagend zou zijn. Limburg vanuit die positie wat meer op de kaart zetten, lijkt me echt een meer dan stevige uitdaging.
Mag je terug naar hier. Heb je een verlof-zonder-wedde-valscherm?
‘Als ik de bazen hier mag geloven, ben ik in de toekomst nog heel erg welkom. Maar vaste beloftes zijn er niet. Ik zou dan weer gewoon moeten solliciteren.’
Limburg was ooit door en door katholiek en werd via Willy Claes naar Steve Stevaert een socialistisch bolwerk. Kom je in een Stevaert-nest terecht?
‘Er zijn zoveel Limburgse gemeenten met CD&V-burgemeesters, dus die dominantie van sp.a bestaat niet. Wouter Beke, Ivo Belet (Cd&V), Patrick Dewael en Marino Keulen (Open Vld) of Jan Peumans en Frieda Brepoels (N-VA) zijn toch geen meelopers. Ik wil dat links-rechts-verhaal relativeren. Het gaat over de vraag hoe we de samenleving aanpakken. Ik wil waarnemer zijn, geen politieke deelnemer. Ik zou alvast, zoals ik zei, geen partijpolitiek engagement kunnen opnemen.’
Oké, zoveel is nu wel duidelijk. Indra Dewitte staat afkerig van uitgesproken ideologische keuzes. Ligt de verklaring daarvoor in het ouderlijke huis, heb je daar een ideologische indigestie opgedaan? (De ouders van Indra Dewitte zijn actieve en bekende Genkse PvdA’ers. Vader, dokter voor het volk en gemeenteraadslid, Harry werd pas nog verkozen tot huisarts van het jaar.)
‘Ik heb heel veel respect voor wat ze doen als mens maar kon en kan me inderdaad niet vinden in hun totaal-engagement voor die ene politieke (heils)boodschap. Gelukkig bleef er plaats voor discussie thuis. Mijn broer en ik hebben daar gretig gebruik van gemaakt. Hun rechtvaardigheidsgevoel nam ik graag over en hun gedrevenheid om alles in vraag te stellen, niets zomaar kritiekloos te slikken. Maar ik ben daar consequent in geweest en ging ook hun antwoorden in vraag stellen. Ik ga een eind mee in hun vragen maar haak regelmatig af wanneer ze hun antwoorden geven.’
En wellicht ga je dan niet meteen op zoek naar een andere alles verklarende ideologie, denken wij dan.
‘Die opvoeding heeft mij uiteraard getekend en mee gemaakt tot wie ik nu ben. Er is meer dan zwart en wit.’
Soms toch graag papier in de hand
Met alle respect maar waarom kiest een jonge ambitieuze vrouw voor een papieren krant? Die heeft zijn tijd toch echt wel gehad, niet? Je worstelt toch niet met zelfmoordneigingen mogen we hopen?
‘(lachend) Je neemt me de woorden uit de mond. Ik heb geen zelfmoordneigingen, wees gerust. Maar voor alle duidelijkheid: in mijn ogen stap ik niet alleennaar een papieren krant. Ik stap naar een mediaproject waarvan de papieren krant een onderdeel moet zijn. In het begrip “papieren krant” gaat het niet over het papier maar over de krant. Soms wil ik zo’n papieren ding in handen hebben. In het weekeinde bijvoorbeeld, wanneer ik even tijd heb en niet met een warmlopende tablet op de schoot in de tuin wil zitten. Op de trein moet ik dan misschien die papieren versie weer niet. Ik ben nu wat vrijblijvend aan het spelen maar wij willen het verhaal van de krant verder schrijven en dan komen we toch in de buurt van een mediapakket. Door de week krijg je bijvoorbeeldvijf kranten op je tablet, in het weekeinde twee in de brievenbus, de buis stelt een reeks door u zelf gekozen zenders ter beschikking, allemaal aangeboden in dat pakket. Ik geloof dat mensen willen betalen voor info. Maar die moet ten eerste betrouwbaar zijn, gemaakt worden door mensen waarin je als lezer vertrouwen hebt. Ten tweede moet het gepersonaliseerd zijn, een persoonlijk pakket, bijvoorbeeld met naast het basisaanbod als extra specifiek Limburgs nieuws, gespecialiseerde onderwijsberichtgeving en een sportaanbod op maat.’
Oké, we geven ons over. De krant heeft nog toekomst. Het dorp ook blijkbaar, want Humo zet jou als dorpelinge tegenover de Gentse stadsmadam Imbo. In welk verafgat huis jij eigenlijk?
‘(met pretoogjes) Genk.’
Pardon, is dat het dorp waar Humo het over heeft?
‘Ja, blijkbaar bestaan er toch nog wat misverstanden over Limburg.’
In Humo vertelde je ook dat de lengte er wel degelijk toe doet.
‘Bij vriendschappen alleszins. Niet lang geleden was een goede vriendin jarig en ze vroeg me een woordje te zeggen op haar feestje. Dat ademde een nogal hoog glamourgehalte uit en ik heb daar dus absoluut niets mee. Ik heb daar gezegd dat er in die zaal weinig mensen zo van elkaar verschillen als zij en ik. Maar ik heb haar moeder gekend, die vroeg is overleden. Van de mensen die nu in haar omgeving zitten, ben ik de enige. Dat schept zo’n unieke band, als je vriendschap zo ver teruggaat. Vroeger had elk huisje zijn kruisje, nu hebben we het over ups-and-downs. Met mensen waarmee je die beleeft, heb je toch een veel diepere relatie. Mijn regel luidt: pas na tien jaar kan iemand echt een vriend(in) zijn.’
Best streng regeltje en behoorlijk conservatief ook.
‘Dat ben ik ook als het over dat soort waarden en normen gaat. Laat ik nog een andere maatstaf geven: als ik in China in moeilijkheden kom dan is een vriend degene die hier alles laat vallen en me komt helpen.’
Neerbuigende kosmopolieten
Zo komt een mens ook nog eens in China, natuurlijk. Dat hoort zo voor een zichzelf respecterende kosmopoliet. Maar met een bepaald soort kosmopolitisme heb jij het wel gehad.
‘Ik heb jaren in Brussel gewoond en was een echte Dansaert-Vlaming. Ik leefde zo overtuigd van mijn superioriteit als verbruiker van highbrow cultuur, te midden van andere o-zo-breeddenkende intellectuelen die dan wel samen erg neerbuigend hun afkeer deelden voor huisje-en-tuintjes-mensen. De spreekwoordelijke fermette-Vlaming onder de even spreekwoordelijke kerktoren was ons een gruwel. Maar op een dag ontdekte ik dat wij, die zelfverklaarde kosmopolieten, eigenlijk ook onze kerktoren koesterden; dat was dan het Beursgebouw. Ik denk dat niemand kerktorenvrij is, ook niet de grote bestrijders van de zogenaamde kerktorenmentaliteit. Die hokken ook gewoon samen met hun gelijkgezinden en hun eigen conformisme.’
Mag ik nu even naar adem snakken, want ik denk er al lang over om een ‘ode aan de kerktoren’ te schrijven.
‘Doen, zou ik zeggen. Ik heb de kerktoren weer ontdekt en de grote waarde ervan. We kunnen niet zonder, denk ik, welke vorm die ook aanneemt. Voor mij overigens liefst een kerktoren zonder kruis er op maar wel als symbool van community, van gemeenschap, onderlinge verbondenheid.’
Je bent genezen van het soort kosmopolitisme dat openheid uitdrukt in afgelegde kilometers.
‘Absoluut, letterlijk zelfs. Als studente deed ik vakantiewerk en vertaalde hetgeen ik verdiende in het aantal kilometers dat ik daarmee kon afleggen. Ik ben blij dat ik veel heb gereisd maar op een bepaald moment wordt dat ook een vlucht. “De wereld is een dorp”, ik geloof er wel in, maar dat principe zit vooral in je hoofd. En ik ben de diepe betekenis van de appelboom in de tuin weer op prijs gaan stellen.’
Die keuze voor het Belang van Limburg is dus geen toeval.
‘Niet echt, denk ik.’
Oké, dat optreden in ons voorprogramma bij Humo is je bij deze vergeven.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Peter De Roover was achtereenvolgens algemeen voorzitter en politiek secreteris van de Vlaamse Volksbeweging , chef politiek van Doorbraak en nu fractievoorzitter voor de N-VA in de Kamer.
Peter De Roover verantwoordt de keuze van de N-VA om in Vlaanderen een Zweedse coalitie op de been te helpen, zonder het Vlaams Belang.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.