Forum
Speelt de openbare omroep met vuur?
Alexandra S. Villers (JID vzw): ‘Tijdens het interbellum was het in Europa normaal om openlijk antisemitisch te zijn. Bijna een eeuw na de Holocaust is dit opnieuw het geval.’
—
Alexandra S. Villers is master in de Politieke en Sociale Wetenschappen en studeerde Kunstgeschiedenis aan het Kunsthistorisch Instituut van Antwerpen. Ze schrijft deze bijdrage namens het Joods Informatie- en Documentatiecentrum (afgekort JID).
foto © BELGA IMAGE
Alexandra S. Villers (JID vzw): ‘Tijdens het interbellum was het in Europa normaal om openlijk antisemitisch te zijn. Bijna een eeuw na de Holocaust is dit opnieuw het geval.’
Leven we in het jaar 2024? Want voor Joden wereldwijd lijkt het wel of de mensheid teruggekatapulteerd werd naar de jaren ’30. Tijdens het interbellum was het in Europa normaal om openlijk antisemitisch te zijn. Bijna een eeuw na de holocaust is dit opnieuw het geval. Net als toen wordt vandaag de Jodenhaat niet latent, maar ongebreideld en publiek verwoord, in columns en op manifestaties.
Op het Beursplein in Brussel weerklonk op een pro-Palestijnse protestmars die op de wel zeer symbolische datum van 7 oktober werd georganiseerd:
‘Allah! Verbrand de joden! O, Allah!’
Dezelfde woorden die de nazi’s riepen, maar nu overgoten met een islamitische saus. Een video van deze prediker circuleerde op het net en werd door de VRT gefactcheckt. De inhoud bleek waar te zijn: het individu riep daadwerkelijk op om Joden te vermoorden. Open en bloot, zonder filter.
Antisemitisme gebagatelliseerd
In een samenleving met een goed werkend moreel kompas zou zo’n genocidale uitspraak nooit worden gedoogd. Zij die ze toch durven uiten, zouden worden gearresteerd en strafrechtelijke gevolgen ondervinden. Helaas niet in het 21ste-eeuwse België. Hier mag dat wel, maar op één voorwaarde: dat ze zich tot Joden richten. De minste vorm van kritiek tegen alle andere minderheden wordt bestempeld als racisme en wordt gecensureerd.
Antisemitische, tot extreem geweld oproepende leuzen worden niet alleen gedoogd, maar ook geëvalueerd, gerelativeerd, en gebagatelliseerd. Zo vond de VRT het nodig om islamoloog Joas Wagemakers (Universiteit Utrecht) zijn visie te laten geven op deze oproep tot moord.
Deze man, die de terreurgroep Hamas in het verleden met een zweem sympathie omschreef als een ‘pragmatische organisatie’, vroeg zich af of de islamitische prediker met het woord ‘Joden’ wel degelijk Joden bedoelde, want ‘het is in de Arabische wereld niet ongebruikelijk om de term “Joden” te gebruiken waar men het eigenlijk specifiek over Israëli’s heeft’.
Voordeel van de twijfel
Door dit zogenaamde semantische onderscheid (dat de prediker dus níét maakte) aan te kaarten, insinueerde Wagemakers dat het wél door de beugel kan om op te roepen tot het verbranden van Israëli’s. Daarmee bewijst hij nog maar eens dat antisemitisme en antizionisme hetzelfde zijn.
Bovendien gaf hij de prediker nog meer het voordeel van de twijfel door verder te speculeren: ‘Het kan zijn dat hij God oproept de Joden/Israëli’s te verbranden in het hiernamaals en hen dus te straffen in de hel. In de Koran wordt de hel met vuur geassocieerd en de hel zelf wordt ook wel al-nar (het vuur) genoemd.’ Een hele geruststelling! Of toch niet: ‘Het kan ook zijn dat hij God oproept om Joden/Israëli’s nu, op aarde, te verbranden.’
Relativerende onzin, uiteraard: als islamoloog zou Wagemakers moeten weten dat de islam een eeuwenlange, rijke traditie heeft van pogroms tegens Joden, en dat de uitspraak die hij analyseerde in het verleden zelden metaforisch werd bedoeld.
Journalisten
Maar deze brief richt zich niet tot Wagemakers. Deze brief is gericht aan u, journalisten van de openbare omroep. Over de verschrikkingen die Hamas beging tegen de Israëlische slachtoffers rept u met geen woord. Maar wat islamitische fanatici precies bedoelen met het verbranden van Joden, krijgt uitgebreid aandacht en moet diepgaand worden geanalyseerd. U weet maar al te goed dat deze leuze niet uit zijn context is gerukt of figuurlijk moet worden opgevat. Of denkt u misschien dat er een begrijpelijke reden bestaat om Joden te willen verbranden?
Wie ooit met enige aandacht een geschiedenisboek las, weet dat de oproepen om Joden te vermoorden altijd resulteren in de concretisering van die oproepen. Genocidale uitspraken, of ze nu komen van islamitische predikers, van Herman Brusselmans, of van miljoenen andere antisemieten wereldwijd, moeten altijd onverbiddelijk en luid veroordeeld worden. Door dat níét te doen, maakt u zich mede schuldig aan de alsmaar groeiende Jodenhaat in dit land. Haat wiens lelijk gelaat zich enkele decennia verborg, maar die telkens weer opduikt, zoals een sluimerend virus dat weer ontwaakt. Haat die zich nu nog uit in woorden, maar die zeer snel kan metamorfoseren in verbrijzelde winkelruiten en bloedbaden.
Haat
‘Al wat nodig is om het kwaad te laten zegevieren, is dat goede mensen niets doen’, zei filosoof Edmund Burke. Maar dat kwaad zegeviert nóg sneller als goede mensen de haat die anderen koesteren, impliciet rechtvaardigen.
De openbare omroep heeft een cruciale rol in de maatschappij als bastion van objectiviteit en platform voor een verscheidenheid van meningen die elkaar van repliek kunnen dienen – níét als apologeet voor haatzaaiende ideologieën. Het is uw plicht om evenwichtige, eerlijke verslaggeving te bieden, die niet alleen analyseert maar ook duidelijk stelling neemt tegen onrecht. Enkel door deze principes hoog in het vaandel te dragen, kan de openbare omroep werkelijk bijdragen aan een rechtvaardige en verlichte samenleving. En in zo’n samenleving heeft Jodenhaat geen plaats.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Alexandra S. Villers is master in de Politieke en Sociale Wetenschappen en studeerde Kunstgeschiedenis aan het Kunsthistorisch Instituut van Antwerpen. Ze schrijft deze bijdrage namens het Joods Informatie- en Documentatiecentrum (afgekort JID).
Jinnih Beels (Vooruit): ‘Veiligheid is een basisrecht dat een visie verdient die niet wordt gestuurd door angst of verkiezingskoorts, wel door ambitie.’
De prijs van de woningen in Oost-Vlaanderen kent grote verschillen: van het sjieke Latem tot het bescheiden Ronse.