JavaScript is required for this website to work.
post

Vurige sympathie voor August Borms maakte van Paul van Ostaijen verklikker

Paul van Ostaijen was niet alleen in woord maar ook in daad een collaborateur

ColumnFrank Hellemans10/10/2023Leestijd 3 minuten
Paul van Ostaijen.

Paul van Ostaijen.

foto © Wikimedia Commons

Dankzij speurwerk van de Antwerpse literatuurprof Kevin Absillis is duidelijk geworden dat Paul van Ostaijen tijdens WO I actief collaboreerde.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Dat Paul van Ostaijen tijdens de Eerste Wereldoorlog een onafhankelijk Vlaanderen onder August Borms helemaal zag zitten, was al geweten. Maar dat hij daarbij collega-schrijver Ary Delen en een cafébaas bij de Duitse bezetter verklikte, is toch nog een ander paar mouwen.

Dossiers Van Ostaijen

De Antwerpse literatuurprof Kevin Absillis, die ook De canon van Vlaanderen aanstuurde, is met zijn onthulling over de activistische strapatsen van Paul van Ostaijen niet aan zijn proefstuk toe. Toen hij in 2009 zijn doctoraat maakte over uitgeefster Angèle Manteau, stuitte hij in het Brusselse archief van het Militair Gerechtshof op een mini-dossier over mogelijke collaboratie-activiteiten van tiener Hugo Claus.

Nu ontdekte hij in het Rijksarchief Beveren het lijvige strafdossier over Paul van Ostaijen. Daarnaast zijn er ook de zogenaamde vreemdelingendossiers over Van Ostaijens Nederlandse ouders en Van Ostaijen zelf, die pas in 1909 tot Belg werd genaturaliseerd. Ook dossiers die de Raad van Vlaanderen ooit ter behandeling ingediend kreeg, vertellen meer over Van Ostaijens activistische demarches tijdens de Eerste Wereldoorlog.

Verklikkingen

Dat Van Ostaijen tot zijn vlucht naar Berlijn eind 1918 een militante flamingant was in woord, was al geweten. Maar nu dus ook in daad, zo blijkt. Absillis kwam via bovenvermelde archiefstukken tientallen artikels van Van Ostaijen op het spoor – meestal onder pseudoniem – die zijn Vlaams engagement wel bijzonder sterk in de verf zetten.

Dat hij daarbij ook voor minstens twee verklikkingen verantwoordelijk was, bewijst volgens Absillis waarom Van Ostaijen tot acht maanden gevangenisstraf werd veroordeeld. Een straf die hij uiteindelijk bij zijn terugkeer vanuit Berlijn in 1921 niet meer moest uitzitten omdat hij zich aanmeldde als milicien bij het Belgische leger en amnestie kreeg.

Vlaamse onafhankelijkheid

Spin in het web blijkt, tussen de regels van Absillis’ onthullingen door, August Borms te zijn. Van Ostaijen kreeg van Borms les aan het Antwerpse Atheneum tussen 1911 en 1913. Absillis merkt trouwens op dat Van Ostaijen allesbehalve een goede scholier was. Drie keer moest hij dubbelen en hij geraakte niet verder dan zijn vierde middelbaar. Hij suggereert ook dat Van Ostaijen van zijn zwakke taalvaardigheid via zijn alom bejubelde dadaïstische ontsporingen in Bezette Stad dan maar zijn sterkte heeft gemaakt.

Borms was tijdens de Eerste Wereldoorlog alomtegenwoordig in het streven naar Vlaamse zelfstandigheid. Ook in de door de Duitse bezetter toegelaten en gestuurde Antwerpse pers. Borms was daarbij hoofdredacteur van Het Vlaamsche Nieuws. Maar ook over diens concurrent, de Antwerpsche Courant, zweefde diens geest. Van Ostaijen pleegde dus vanaf 1917 talloze bijdragen aan deze krant. Nadat de 21-jarige Van Ostaijen ‘s namidddags zijn bezigheden als stadsklerk had afgerond, was hij te vinden op de redactie. Hij fungeerde er als sportverslaggever maar maakte ook politieke stukken en vooral columns, al dan niet onder pseudoniem.

Pen scherpen

Absillis vermoedt dat minstens 55 columns aan Van Ostaijen kunnen worden gelinkt. Hij pleit ervoor om ze na verder grondig onderzoek ook op te nemen in diens Verzameld Werk. Al was het maar omdat hij in die stukjes zijn pen scherpte voor zijn latere grotesken, waarmee hij in de jaren 1920 furore zou maken.

Borms zou in 1917 via de Raad van Vlaanderen de onafhankelijkheid van Vlaanderen uitroepen. Borms pleegde die putsch omdat hij de vertragingsmanoeuvres van de Duitse Flamenpolitik beu werd. Nu eens bliezen de Duitsers warm en dan weer koud als het om garanties ging om van Vlaanderen een aparte staat te maken. Zeker naar het einde van de oorlog, toen de Duitsers wel andere katten te geselen hadden, wilden ze niet langer weten van een aparte Vlaamse natie. Maar dat was dus buiten Borms gerekend, en dus ook Van Ostaijen.

Spuwen in het gezicht

Toen kunstcriticus Ary Delen een petitie organiseerde tegen Borms’ geproclameerde Vlaamse onafhankelijkheid in de Raad van Vlaanderen liepen de gemoederen hoog op. Tijdens een betoging bestond Delen het om Borms daarbij in het gezicht te spuwen. Van Ostaijen maakte daarvan melding bij de Duitse bezetter die Delen prompt een gevangenisstraf van drieënhalve maand meegaf.

Delen die tijdens de Eerste Wereldoorlog de marxistische vleugel van het flamingantisme vertegenwoordigde, zou na de oorlog carrière maken in de Antwerpse culturele museumwereld en werkte ook mee aan de socialistische Volksgazet. Borms en Van Ostaijen geraakten na de oorlog op een zijspoor. Borms kreeg levenslang voor zijn staatsondermijnende activiteiten terwijl Van Ostaijen een heel andere artistieke koers insloeg en ‘verinnerlijkte’ tot hij nog geen 32 jaar oud in 1928 aan tbc overleed.

Trouw aan Borms

Absillis vond in de archieven nog het bewijs dat Van Ostaijen niet alleen Delen verklikte maar ook een herbergier die koper – belangrijk voor het maken van obussen of ander oorlogsmaterieel – voor de Duitsers verborgen hield.

Absillis vraagt zich ten slotte af of Van Ostaijen bij leven en welzijn de nationaalsocialistische Borms in de jaren 1930 eveneens zou zijn blijven steunen. Elsschot, die een dikke tien jaar voor Van Ostaijen aan hetzelfde Antwerpse Atheneum school had gelopen, bleef Borms altijd trouw. Zijn spraakmakende gedicht naar aanleiding van de executie van Borms in 1946 spreekt boekdelen: ‘Al werd uw oude romp in allerijl vermoord, /de echo van uw stem wordt door geen schot gesmoord.’

Frank Hellemans doceerde journalistiek aan de Thomas More hogeschool in Mechelen. Hij is literatuurcriticus en auteur van onder andere ‘Mediatisering en literatuur’ en ‘Echte mediaprimeurs. Een communicatiegeschiedenis’. Levenslang supporter van Malinwa én Paul van Ostaijen.

Commentaren en reacties