Waarom u te veel betaalt voor energie: Van der Straeten en het ‘marginal pricing’ systeem
Het kan en moet anders
foto ©
‘Marginal pricing’ zorgt ervoor dat de duurste component in de energieprijzen de prijs bepaalt. Guido Camps, ex-CREG is niet akkoord met dat systeem.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementIn DS van vorige woensdag pleitte de Griekse econoom Yaris Varoufakis voor de prijsvorming in de elektriciteitsmarkt op basis van de gemiddelde kostprijs van de verschillende technologieën verhoogd met een redelijke winstmarge. In DS van vorige vrijdag pleitten J. Laveyne, S.Hamels en M.Ovaere voor de verdere toepassing van de prijsvorming op basis van het systeem gekend als pay-as-clear op basis van de marginale prijs van de laatste ingezette productiecentrale om vraag en aanbod in evenwicht te brengen.
De discussie kan kort beslecht wordt door te verwijzen naar het Handboek voor Economie van de eerste Nobelprijs winnaar Economie, P.Samuelson, 8ste druk, hoofdstuk 24, pag 499-515 dat handelt over de analyse van kosten en aanbod op lange termijn in een concurrentiële omgeving, en dat op de lange termijn altijd zal gebaseerd zijn op de gemiddelde kost.
Dat is ook logisch. De totale kosten die een onderneming moet recupereren behelzen niet alleen de marginale, variabele kosten, maar omvatten ook de vaste kosten van infrastructuur en financiering, maar bovendien een winstmarge, de return on investment. Een onderneming die alleen haar marginale kosten recupereert in de prijszetting zal sterk verlieslatend zijn en geen investeerders aantrekken, of laten overleven.
De kost van de subsidies: consument betaalt
Het drama van de huidige torenhoge prijzen en de daarbij horende verarming van de brede bevolking is dat de kritiek zich momenteel dan nog alleen beperkt tot de prijzen op basis van alleen de marginale kosten, namelijk de brandstofkosten en de CO2 uitstoot kosten van de gascentrales. In de huidige kritieken is nergens sprake van de vaste kosten. Dat is begrijpbaar, alhoewel niet logisch. De vaste kosten worden gerecupereerd door subsidies voor de hernieuwbare energiebronnen, via een CRM mechanisme voor de gascentrales, en de kost van die subsidies worden uiteraard ook ten laste gelegd van de consument, op de één of andere manier bv. via een federale toelage of via een accijns of nog andere creatieve facturatieposten, maar de consument ontsnapt niet. Nooit !
Dat maakt dat een prijsvorming op basis van alleen marginale kosten niet duurzaam kan zijn en dat je dergelijke prijsvorming alleen kan volhouden indien aangevuld met subsidies of de aanwezigheid van andere technologieën in de portefeuille van de producent, bij voorbeeld zoals Varoufakis aangeeft de aanwezigheid van een hydro-krachtcentrale (waterkracht, red.) met minimale variabele, marginale, kosten en die dus een zeer grote bruto winstmarge genereren op elk ogenblik dat de prijs gevormd wordt door de inzet van veel duurdere bv. gascentrales, om aan de vraag te voldoen. Het pleidooi op basis van marginal pricing is in feite een fake verhaal.
De laatste totale kost
Er is meer. Het huidige systeem beslecht de aanbodcurve niet alleen op basis van de marginale kosten, maar eveneens op basis van de subsidies die toegekend worden voor de verschillende technologieën en voor de verschillende landen. Het zou de technologie met de laagste totale kost moeten zijn die de aanbodcurve bepaalt. Deze stelregel kan aangevuld worden met het huidige Must Run principe voor de hernieuwbare energie zodat altijd de hernieuwbare energie aangeboden en behouden blijft in de aanbodcurve.
Het opzet om concurrentie te creëren tussen de verschillende technologieën is op zich lovenswaardig, maar wat we vaststellen is dat de concurrentie zich afspeelt binnen dezelfde technologie bv. oudere en nieuwere gascentrales hebben verschillende energie efficiëntie en daardoor ook verschillende kostprijzen, windmolen en zonne-energie hebben een sterke kosten dalende tendens achter de rug. Maar concurrentie tussen hernieuwbare energie en op fossiele drijvende centrales is (nog) niet aan de orde.
Marginal Pricing is relatief
De promotoren van de marginal pricing gaan er nog al gemakkelijk vanuit dat de prijs tot stand komt in één grote prijszone met honderden productiecentrales. Ook dat moet gerelativeerd worden. Op de maandelijkse boordtabel van de CREG is af te lezen hoe dikwijls, lang of kort, de markten van de prijszone in Centraal West Europe aan elkaar gekoppeld zijn en dus één prijs vormen op basis van het marginale pricing systeem.
Voor maart en april 2022, de meest recente cijfers die beschikbaar zijn, worden percentages gerapporteerd van respectievelijk 35.26% en 36.26%. Dat betekent dus dat zelfs het bejubelde systeem van de marginal pricing binnen een afgesproken prijszone, met uitgebreide interconnectie verbindingen, in moeilijke marktomstandigheden meestal niet leiden tot één en dezelfde prijs, wat niet mogelijk is wanneer markten niet langer aan elkaar gekoppeld worden, om welke reden ook. (bv. congestie op de interconnectie).
Ban subsidies
Indien de producenten in diezelfde prijszone met elkaar zouden moeten concurreren op basis van gemiddelde kosten, dus een ban voor alle subsidies maar met bv. een opgelegde hoeveelheid hernieuwbare energie in de energiemix, dan zou dat kunnen leiden tot veel intensere informatie uitwisseling, uitgebreide vormen van best practices en beter beleid. De relevantie van de subsidies zou verdwijnen en de strijd zou gaan over het volledige gamma van kosten.
Varoufakis pleit voor publiek aandeelhouderschap, en dus niet voor privaat bezit van de investeringen. Om meerdere redenen volg ik hem hierin niet, maar dat is een discussie die buiten het bestek van deze discussie over prijsvorming valt.
Op basis van een systeem met gemiddelde prijzen had men nooit kunnen argumenteren dat de vervanging van de nucleaire centrales een weerslag zouden hebben van 3€/gezin en per jaar. Nooit !
De auteur is ex voorzitter van de CREG.
Karianne Boer: ‘De lockdowns hebben bijgedragen aan bijna 200 maal meer kindermisbruikmateriaal.’
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.