Forum
Werkloosheidsuitkeringen beperken in tijd
CD&V-ondervoorzitter Robrecht Bothuyne schrijft over de noden van de Vlaamse arbeidsmarkt en stelt grote keuzes voor.
—
Robrecht Bothuyne is Vlaams parlementslid en cd&v-ondervoorzitter.
Werkzoekenden die ‘niet toeleidbaar’ naar de arbeidsmarkt zijn horen niet thuis in een werkloosheidsverzekering.
foto © Pexels.com - Tim Gouw
CD&V-ondervoorzitter Robrecht Bothuyne schrijft over de noden van de Vlaamse arbeidsmarkt en stelt grote keuzes voor.
De werkloosheidsuitkering beperken in de tijd. De heilige graal voor de ene, een vorm van rechtse symboolpolitiek voor de andere.
De realiteit is dat de arbeidsmarkt blijvend veranderd is. De krapte op de arbeidsmarkt is structureel. Ook al gaat het economisch wat minder, de voorbije drie kwartalen waren er telkens zowat 185.000 vacatures in ons land. De economische groei mag dan wat stokken, het aantal openstaande vacatures blijft hoog. En dan moet de grote vergrijzingsgolf nog echt op gang komen.
Ongeziene inspanningen
De komende tien jaar zullen grote groepen oudere werknemers uit de arbeidsmarkt stappen. En er staan te weinig jongeren klaar om hen te vervangen. Voor elke 100 mensen die op een welverdiend pensioen gaan zijn er slechts 82 klaar om hen te vervangen. De vervangingsvraag zal komende legislatuur bijna 50 procent hoger liggen dan de vorige… Als de economie herneemt zal de druk op de arbeidsmarkt ongezien zijn.
Het zijn ongeziene tijden. Dat houdt in dat op die arbeidsmarkt ook ongeziene inspanningen moeten geleverd worden om ervoor te zorgen dat elk talent op de juiste plaats terechtkomt.
En ja, dat betekent ook dat we anders moeten kijken naar het begrip ‘werkloosheid’. De wekloosheidsverzekering is aan herziening toe. Het risico op onvrijwillige werkloosheid in ons land is veel kleiner dan 40 jaar geleden. Toen was, bijvoorbeeld, jeugdwerkloosheid een groot probleem; er waren meer werkloze 25-jarigen met een RVA-uitkering in Vlaanderen dan er nu over alle leeftijden heen zijn. Veel van de werkzoekenden die vandaag langer dan twee jaar werkloos zijn hebben een welzijnsproblematiek. Zowat 15.000 van hen worden zelfs als ‘niet toeleidbaar’ naar de arbeidsmarkt gelabeld. Deze mensen horen niet thuis in een werkloosheidsverzekering.
Wat is dan nodig?
Een degressieve uitkering, dus hoger in het begin en afbouwend om finaal te stoppen, is logisch. Maar het is niet zo dat dit de oplossing is voor alles. Mensen die twee jaar in de ‘activeringscarroussel’ hebben doorgebracht, zoals het hoofd van de ACV-studiedienst dat recent nog ietwat oneerbiedig uitdrukte, zijn niet zomaar inzetbaar in een reguliere job. Een beperking in tijd van de uitkering moet onderdeel zijn van een breder beleid. Wat is dan nodig?
1. Een economisch en industrieel beleid dat inzet op kostencompetitiviteit, innovatie en dat letterlijk ruimte geeft aan ondernemers die jobs creëren. Loon- en energiekosten onder controle krijgen is en blijft essentieel.
2. Inzetten op vorming en opleiding, tijdens de loopbaan, maar zeker voor wie bij VDAB is ingeschreven. Dit gaat over technische opleidingen, maar ook over taal. Meer dan 60.000 mensen die bij VDAB zijn ingeschreven zijn het Nederlands niet of nauwelijks machtig; dat is bijna een op vier. Van hen zijn er 11.500 al meer dan twee jaar werkloos. Intensieve taalopleidingen zijn essentieel om succesvol te integreren op de arbeidsmarkt en in de samenleving.
3. Opleiden en bemiddelen moet de corebusiness van de VDAB zijn. Samen met gespecialiseerde partners moeten werkzoekenden vanaf dag één een kwaliteitsvol traject aangeboden krijgen naar duurzaam werk. Zo veel mogelijk van de 5000 VDAB-medewerkers moeten daarop gefocust zijn.
4. Er moet een duidelijke afstemming komen met lokale besturen. We hebben geen nood aan 300 kleine VDAB’tjes. Maar OCMW’s zijn wel perfect geplaatst om welzijnsnoden van werkzoekenden en leefloners te beantwoorden en te begeleiden naar de VDAB voor een traject naar werk. In de uitvoering van trajecten kunnen diezelfde lokale besturen ook een belangrijke rol spelen, bijvoorbeeld door werkervaringsplaatsen aan te bieden. Duidelijke afspraken tussen VDAB en OCMW moeten zorgen voor een efficiënte aanpak op maat van de lokale arbeidsmarkt.
5. Wie werkloos wordt kan rekenen op opleiding en begeleiding naar werk. Wie niet in aanmerking komt voor regulier werk, moet in de sociale economie zijn of haar talenten kunnen aanwenden. Maar dan moeten maatwerkbedrijven kunnen groeien en moeten reguliere bedrijven zelf ook meer maatwerk kunnen aanbieden. Dat vergt centen, goed besteed. De budgetten die hiervoor aangewend worden beperken de nood aan uitkeringen, maar kunnen ook onze industrie helpen verankeren. Jobs die anders richting lageloonlanden zouden verhuizen, blijven in Vlaanderen.
6. Werklozen aan het werk krijgen kan alleen als ook alle omgevingsfactoren er zijn. Een betaalbare woning, vlotte mobiliteit via de fiets of het openbaar vervoer en betaalbare en voldoende kinderopvang zijn essentieel om ervoor te zorgen dat elk talent een plek vindt op de arbeidsmarkt. Hier heeft de Vlaamse regering nog werk op de plank!
7. Niet alleen werklozen moeten geresponsabiliseerd worden. Ook de deelstaten die via Forem, Actiris en VDAB verantwoordelijk zijn voor het arbeidsmarktbeleid moeten geresponsabiliseerd worden. Om ervoor te zorgen dat werklozen die hun RVA-uitkering verliezen niet in een vergeetput van leefloon belanden, is het misschien wel een goed idee om de bevoegdheid over de leeflonen naar de deelstaten door te schuiven. Zij zijn nu al bevoegd voor lokale besturen, welzijn, armoedebestrijding en wonen: de essentiële hefbomen om leefloners te ondersteunen.
Geen heilige graal
De beperking van de werkloosheidsverzekering is logisch, maar is geen heilige graal. Het flankerend beleid, met de zeven werven die hierboven beschreven zijn, is minstens even belangrijk om op een snel veranderende arbeidsmarkt iedereen de kansen te geven die men verdient en tegelijk de grote hoeveelheid openstaande vacatures in te vullen. De regeringsonderhandelingen maakten tot nu toe geen grote keuzes. Met wat hierboven staat, ligt alvast een wervend project klaar voor onze arbeidsmarkt; de toekomst van onze economie én sociale zekerheid.
Categorieën |
---|
Robrecht Bothuyne is Vlaams parlementslid en cd&v-ondervoorzitter.
Tijl De Bie: ‘Zelfs getrainde journalisten en wereldvermaarde experts blijken niet immuun voor het verspreiden van mis- en desinformatie.’
De laatste Amerikapodcast voor de presidentsverkiezingen: over een eekhoorn, vuilnis en slechte grappen.