JavaScript is required for this website to work.
post

13 oktober. Net binnen: Patricia Carson overleden, schreef ‘Het fraaie gelaat van Vlaanderen’

VandaagLuc Pauwels13/10/2023Leestijd 4 minuten
Stuk van de cover van Patricia Carsons ‘Het fraaie gelaat van Vlaanderen’

Stuk van de cover van Patricia Carsons ‘Het fraaie gelaat van Vlaanderen’

foto ©

En verder: Domien Sleeckx, Kurt Schumacher en de vergiftigde keizer…

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

2014   Overlijden in Afsnee (Gent) van Patricia Carson (85), Engelse historica en succesauteur. Ze trouwt met de Vlaamse hoogleraar en rechtshistoricus Raoul van Caeneghem (1927-2018). Samen krijgen ze drie kinderen. Na haar huwelijk komt ze in Gent wonen en bestudeert de relaties tussen Engeland en de Lage Landen door de eeuwen heen. Haar succesvolste boek, The Fair Face of Flanders (1977), wordt herhaaldelijk en in verschillende talen opnieuw uitgegeven. In een ander boek van haar, Gent een stad van alle tijden (eveneens 1977), lezen we over het tijdperk van de Verenigde Nederlanden: ‘Willem I is zowel economisch als intellectueel een groot weldoener van de stad geweest. De periode van zijn bewind was een tijd van voorspoed en bloei, het waren de gulden jaren van de stad. De opstand van 1830 werd er dan ook een volledige mislukking’.

1945   Een B-24 Liberator van de Royal Air Force stort neer bij Melsbroek (Vlaams-Brabant). Alle 31 inzittenden komen om het leven.

vandaag

Domien Sleeckx (1818-1901)

1901   Overlijden in Luik van Domien Sleeckx (83), Vlaamsgezind leraar, auteur en politicus. De geboren Antwerpenaar Sleeckx begint na zijn studietijd aan het atheneum verzen, zangspelen en prozastukjes te schrijven. Hij bepleit de noodzaak van een Vlaamse toneelliteratuur en behoort met een veertigtal stukken tot de eerste generatie schrijvers in Zuid-Nederland sedert 1830. In 1840 komt Sleeckx als lid van de rederijkerskamer De Olijftak in contact met Vlaamsgezinde auteurs en artiesten. Na medewerker te zijn geweest aan het kortstondige dagblad Vlaemsch België begint hij in 1846 te schrijven voor De Vlaemsche Stem (tot 1853), een ronduit liberaal blad. In 1844 weigert Sleeckx op het stadhuis te Brussel de geboorteaangifte van zijn zoontje te ondertekenen, omdat die in het Frans is gesteld. Hij eist een Nederlandstalige geboorteakte voor zijn kind. Hij krijgt die niet en wordt zelfs veroordeeld wegens niet-aangifte.

Hij polemiseert in het Vlaamsch Verbond tegen de uitspraken van de Waalse volksvertegenwoordiger Joseph-Désiré Sigart over ‘de minderwaardigheid van het Vlaamse volk’. Op het Gentse Nederlands Letterkundig Congres van augustus 1849, geeft Sleeckx uiting aan zijn sociaaldemocratische gevoelens, wat nieuw is in de Vlaamse beweging. Toch zal hij nadien weer duidelijk naar het strijdende liberalisme opschuiven. Onder zijn impuls nemen de bladen De Vlaemsche Stem en De Schelde het steeds meer op voor Vlaamsgezinde eisen en voert hij vanaf 1853 een antiklerikale campagne tegen de ‘verkwezelaars der Vlaamse beweging’, waarmee Hendrik Conscience en Jan de Laet worden geviseerd.

In 1860 werd hij hoofdredacteur van het neutrale vakblad Le Loyd Anversois. Het volgende jaar volgt Sleeckx Jan van Beers op als leraar aan de Rijksnormaalschool van Lier. Zijn aandeel in de vernederlandsing van het onderwijs en de vorming van een elite Vlaamse onderwijzers kan moeilijk worden overschat. Vanaf 1876 werd hij hoofdredacteur van het Vlaamsgezinde onderwijzerstijdschrift De Toekomst, tot hij het in 1879 overdraagt aan zijn zoon Albert. Als hij in 1879 hoofdinspecteur wordt voor het lager onderwijs – hij is dan 61 – is zijn rol als taalactivist zo goed als uitgespeeld. Anderen nemen zijn strijd voor de vernederlandsing van het onderwijs over.

Domien Sleeckx was lid van talrijke culturele verenigingen: de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde (Leiden, 1850), De Dageraed (Antwerpen, 1852), De Tael is gan(t)sch het Volk, (Gent, 1858) en Hooger zij ons Doel (Amsterdam, 1871). In 1893 wordt hij nog tot briefwisselend en in 1898 tot titulair lid van de Koninklijke Academie gekozen.

vandaag

Kurt Schumacher (1895-1952)

1895   Geboorte in Culm (West-Pruisen), nu Polen, van de Duitse politicus Kurt Schumacher. Tijdens de Eerste Wereldoorlog dient hij als vrijwilliger in het Duitse leger en verliest daarbij al in december 1914 zijn rechterarm. Hij studeert rechten en economie en stapt in de politiek. In 1930 wordt hij verkozen tot sociaaldemocratisch volksvertegenwoordiger in de Reichstag, maar tijdens het Derde Rijk geïnterneerd in een concentratiekamp. Na de Tweede Wereldoorlog wordt hij de belangrijkste leider van de SPD, waaraan hij een uitgesproken nationale en patriottische impuls geeft. Vanaf 1948 bestrijdt hij het ‘Atlantische’, op Amerika georiënteerde beleid van de christendemocraat Konrad Adenauer, hekelt de mythe van de Duitse ‘collectieve schuld’ en pleit krachtig voor de hereniging van zijn land. Hij overlijdt in 1952 op de leeftijd van 56.

1870   De Oostenrijks-Joodse componist Gustav Mahler (1860-1911) geeft op tienjarige leeftijd zijn eerste publieke pianoconcert.

1837   Geboorte in Brussel van Karel Buls, legendarische Vlaamse burgemeester van Brussel. Zie Vandaag van 13 juli 2023.

1256   Vlaanderen en Holland sluiten het Verdrag van Brussel. Margaretha van Konstantinopel, de Vlaamse gravin, en Floris de Voogd, plaatsvervangend graaf in Holland, beëindigen hun territoriale geschillen. De rechten van Vlaanderen op Zeeland ten westen van de Schelde worden herbevestigd, maar de Zeeuwse eilanden vallen volledig onder het graafschap Holland.

vandaag

Robrecht I de Fries (afbeelding uit Flandria illustrata, 1641)

1093   Overlijden op het kasteel van Wijnendale (West-Vlaanderen) van Robrecht I de Fries (ca. 63), graaf van Vlaanderen, Zeeland en Artesië, graaf-regent van Holland (1063-1070). Zijn bijnaam ‘de Fries’ ontleent hij aan zijn huwelijk met de weduwe van graaf Floris I van Holland.

54   Tiberius Claudius Drusus, na Augustus de vierde keizer van het oude Rome sinds 41, wordt vergiftigd door zijn vierde echtgenote Julia Agrippina minor. Het moest ervan komen. Claudius, zijn roepnaam, koos systematisch de verkeerde vrouwen. Hij scheidde van zijn eerste vrouw, de Etruskische Plautia Urgulanilla, wegens overspel. Alleen hun jonggestorven eerste kind wordt als van Claudius zelf beschouwd. Daarna was Claudius getrouwd met Aelia Paetina. In 30 kregen ze samen een dochter, Claudia Antonia, maar een jaar later was Claudius gedwongen van haar te scheiden, na de mislukte staatsgreep van haar broer Lucius Aelius Seianus.

Dan trouwt Claudius met Valeria Messalina, zijn achternicht. Ze kregen samen twee kinderen, Claudia Octavia en Britannicus. Messalina stond al voor haar huwelijk met Claudius bekend als een ongeremde vrouw, bezeten om zo veel mogelijk mannen in haar bed te krijgen. Ook tijdens hun huwelijk houdt ze die levenswijze aan en zet ze Claudius geregeld voor schut met haar seksuele uitspattingen. Toen Claudius eens op inspectiebezoek was in Ostia, trad Messalina in Rome bij een ‘wild feest’ op als de bruid van haar minnaar, waarna ze zich ‘voor de grap’ lieten uitroepen als de nieuwe keizer en keizerin. Claudius laat haar executeren.

Claudius trouwt al gauw daarna voor de vierde keer en wel met Julia Agrippina minor, dochter van zijn broer. Ze had Claudius overgehaald om haar zoon uit een vroeger huwelijk te adopteren. Deze zoon was de later zo beruchte keizer Nero. Hij wordt op zijn zestiende als troonopvolger aangewezen. Claudius’ zoon Britannicus wordt hiervoor gepasseerd. Als dank vergiftigt Julia haar man.

Luc Pauwels (1940) is historicus, gewezen bedrijfsleider en stichtte het tijdschrift 'TeKoS'.

Commentaren en reacties