Laat u geen minderwaardigheidscomplex aanpraten
De buitenlandbladzijden van uw krant bewijzen het elke dag: onze samenleving is superieur. Laat u niets anders wijsmaken.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementWe leven in de beste aller tijden, op de beste aller plekken, maar noem ons model vooral niet “superieur”. Als je durft beweren dat ons samenlevingsmodel alle bestaande alternatieven overtreft, dan word je versleten voor cryptoracist met hoogheidswaan. De term “superieur” zou kwetsen en verdelen, zeggen mensen die geloven dat je nooit iets mag zeggen dat groepen zou kunnen kwetsen of verdelen. Wat telt is niet de juiste betekenis van het woord (‘hoger’, ‘beter’, ‘edeler’, ‘voortreffelijk’), maar wel de langste teen van de bevolkingsgroep met het dunste vel. Het blijft kras wat je allemaal over je heen krijgt als je anno 2017 gewoon de realiteit onder woorden brengt: de Westerse manier van samenleven is superieur ver verheven boven elk bekende concurrent.
Dit is geen semantisch steekspelletje: dit gaat naar het hart van de grote tegenstelling in het publieke debat. Dat debat wordt in grote mate beheerst door cultuurrelativisten, die niet willen geweten hebben dat onze manier van leven beter is. We mogen onszelf niet ‘superieur’ vinden, ten overstaan van moeders die hun dochters besnijden, families die hun kinderen uithuwelijken, broers die de eerwraak hanteren, schooljochies die de Evolutietheorie afwijzen, pilaarbijters die geloofsafval verbieden en bestraffen, vaders die hun zonen verbieden om deel te nemen aan de zwemles, adolescenten die holebi’s in elkaar timmeren omdat zij holebi’s zijn, ambassadeurs die vrouwen geen hand geven omdat ze vrouw zijn. Onze waarden zijn relatief, onze normen zijn ijdel, onze geschiedenis is verkeerd.
Geschiedenis als grabbelton
Ideologische tegenstanders verwijten nationalisten vaak dat zij in de nationale geschiedenis alleen het goede willen zien. Zo schreef Marc Reynebeau vorig weekend nog: “Omdat geschiedenis niet alleen rozengeur en maneschijn te bieden heeft, moeten nationalisten zich bekwamen in het vergeten (…) Zwarte bladzijden worden genegeerd, verdoezeld of goedgepraat omdat ze de historische trots en de hedendaagse eerbaarheid ondermijnen” (De Standaard, 29/04/2017). Daar zit zeker een kern van waarheid in. Ook de Vlaamse Beweging heeft lang de slechte gewoonte gehad om het verleden te romantiseren. Maar het andere kamp maakt nu de tegenovergestelde fout en zwaait alleen nog maar met de meest zwartgeblakerde bladzijden uit onze geschiedenis.
Cultuurrelativisten benadrukken met schijnbaar sadomasochisme de pijnlijkste passages uit ons verleden. Zwarte bladzijden worden benadrukt, uitvergroot en verheven tot enige versie van de geschiedenis. Het katholieke verleden wordt teruggebracht tot de kruistochten- en niet de kathedralen. De Gouden Eeuw van Nederland wordt herleid tot de slavenhandel – en niet Spinoza. De 19de eeuw wordt gereduceerd tot imperialisme en kolonialisme – en niet het abolitionisme of het feminisme. Er wordt gretig ingezoomd op inquisitie, godsdienstoorlogen, genocide, collaboratie en ga zo maar door. Het is verboden om trots te zijn op het verleden: we moeten er ons integendeel kapot voor schamen. Alles is vandaag de schuld van het Westen: de opflakkerende conflicten in Afrika, de complexen van de islamitische wereld, de stijgende zeespiegel.
De onderliggende boodschap is altijd: het Westen is niet beter dan de rest van de wereld. Als Europeanen hebben wij geen enkel recht om onze geschiedenis en onze cultuur op een voetstuk te plaatsen. Wij mogen geen respect vragen voor wie wij zijn, want ons verleden dwingt geen enkel respect af. Voor elke verwezenlijking uit onze annalen, zijn er 10 verschrikkingen. Spreek dus niet over een Leitkultur, want onze cultuur is zondig. Wij mogen geen integratie eisen, laat staan assimilatie. Wij moeten integendeel nederig openstaan voor wat andere culturen ons te leren hebben. Onze normen en waarden bestaan eigenlijk niet eens, want er zijn genoeg voorbeelden van Europeanen die niet hebben gehandeld volgens die zogezegde normen en waarden. Dus hou je koest, blanke duivel, jij stamt af van barbaar en beul.
Zonder complexen
We mogen niet zo bang zijn van onze eigen schaduw. We mogen ons geen minderwaardigheidscomplex laten aanpraten. We moeten niet terugschrikken voor het woord “superieur” – dat trouwens geen synoniem is voor “perfect”. Onze geschiedenis bevat vele zwarte bladzijden, maar is uiteindelijk uitgemond in een samenleving met weergaloze vrijheid, welvaart en cultuur. Na véél vallen én oneindig opstaan is in het Westen een Beschaving tot stand gekomen met vrije en beschermde burgers. Ons model is superieur aan de chaos in Afrika, de dictatuur in China en de bekrompenheid in de Islamitische Wereld. Andere modellen hebben misschien enkele charmes en kwaliteiten, maar globaal gezien gaat er helemaal niets boven de liberale rechtsstaat.
Cultuurrelativisten spreken altijd over “verenigen” en “verbinden”. Ze vergeten echter dat je wel een bindmiddel nodig hebt. Dat bindmiddel bestaat uit ons (superieure) samenlevingsmodel, onze sociale en culturele codes, onze omgangsvormen, onze afspraken en onze taboes. Je kan bevolkingsgroepen niet duurzaam verbinden rond vrome praatjes of een eenmalig buurtfeestje met thee en koekjes: je hebt een gemeenschappelijke sokkel nodig, waarover niet meer onderhandeld wordt. Laat ons dus ophouden met die zelfkastijding, waarbij we onze samenleving en onze voorouders de schuld geven van al het wereldleed. Laten we trots zijn op onze vrijheden en die ook actief uitdragen. Je kan het allochtonen tenslotte niet kwalijk nemen dat ze niet willen integreren in een samenleving die niet eens zichzelf graag ziet.
Foto: (c) Reporters
Daniël Walraeve (1988) is het pseudoniem van een brave historicus die eigenlijk maar één onhebbelijk trekje heeft: hij is een onverbeterlijke consument van traditionele media. Elke dag leest hij zowat alle kranten en elke dag wordt hij dan weer vreselijk boos om een of ander editoriaal of ander naïef opiniestuk. Hij kan er zelf echt niets aan doen, tenzij er af en toe een stukje over plegen voor Doorbraak. Stokpaardjes zijn ideologie, identiteit en samenleven.
Met een communautaire campagne graaft De Wever zijn eigen graf. Dat vertikt hij.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.