JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Vlaanderen is ongrondwettig

Daniël Walraeve2/12/2013Leestijd 2 minuten

Wat een geluk dat de Belgische Senaat helemaal niet wordt afgeschaft door het Vlinderakkoord. De Handelingen van de Hoge Vergadering bieden immers vaak een verhelderende kijk in de Franstalige psyche. 

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De Fédération Wallonie-Bruxelles is een actor die internationale handelingen (zoals lidmaatschap van een wereldwijde organisatie) kan stellen en België is voor 77% een Franstalig land: daarover werd hier al eerder bericht. Onlangs ondervroeg Vlaams Belang-Senator Bart Laeremans minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders (MR) over de boude beweringen die de Organisation Internationale de la Francophonie op haar webstek publiceert. Omdat de tweejaarlijkse topbijeenkomst van de OIF steevast wordt opgeluisterd door de aanwezigheid van een Belgische topminister, wou Laeremans weten wat de federale regering dacht van de manier waarop de OIF België voorstelt aan de wereld.

Uit het antwoord van Reynders blijkt geen grote bezorgdheid of verontwaardiging. Integendeel: Reynders verdedigt de cijfers van de OIF door erop te wijzen dat de organisatie het aantal Franstaligen in België telt aan de hand van het begrip ‘locuteurs’. Daaronder vallen niet alleen de moedertaalsprekers (de Walen en de Franstalige Brusselaars), maar ook alle Vlamingen die het Frans machtig zijn. Volgens de minister is het zelfs best mogelijk dat de cijfers van de OIF aan de lage kant liggen, omdat er zoveel Vlamingen zo goed Frans spreken. Reynders, nooit vies van een beetje cynisme, merkt langs zijn neus nog op dat er binnen de regering uitstekend Frans gesproken wordt – ook door de Vlamingen.

Dat de Fédération Wallonie-Bruxelles officieel lid is, vormt voor Reynders evenmin een probleem. Het verwijt dat deze benaming volstrekt ongrondwettig is,  ketst de MR-topper af met de bedenking dat het Vlaamse Gewest (en/of de Vlaamse Gemeenschap) toch ook af en toe naar buiten treedt als ‘Vlaanderen’, een term die evenmin in de Belgische Grondwet opgenomen staat. Vlamingen moeten dus niet zeuren: ze zijn zelf geen haar beter. Over het detail dat de benaming ‘Vlaanderen’ níet, maar de term Fédération Wallonie-Bruxelles wel het hoofdstedelijke gewest Brussel opeist, spreekt Reynders zich niet uit.

In zijn antwoord gaf Reynders ook nog mee dat de federale overheid geen financiële bijdrage betaalt aan de OIF. De Franse gemeenschap betaalt wel een ‘lidgeld’: 3.703.282 euro. Niet veel, vindt Reynders, want ‘minder dan 50 cent per locuteur’. De Franse gemeenschap betaalt met andere woorden ook voor al die ‘Franstaligen’ in Vlaanderen.

Toch goed dat de Senaat ook na 2014 gewoon blijft verder bestaan. Zo weten we ook weer wat Franstaligen van dit België denken.

<Vindt u dit artikel informatief? Misschien is het dan ook een goed idee om ons te steunen. Klik hier.>

Daniël Walraeve (1988)  is het pseudoniem van een brave historicus die eigenlijk maar één onhebbelijk trekje heeft: hij is een onverbeterlijke consument van traditionele media. Elke dag leest hij zowat alle kranten en elke dag wordt hij dan weer vreselijk boos om een of ander editoriaal of ander naïef opiniestuk. Hij kan er zelf echt niets aan doen, tenzij er af en toe een stukje over plegen voor Doorbraak. Stokpaardjes zijn ideologie, identiteit en samenleven. 

Commentaren en reacties