Von Clausewitz als bondscoach van de Rode Duivels
Standpunt
Voetbal is oorlog en de Rode Duivels zijn ‘l’arme anti-N-VA’. Bij elke bal die de Duivels tegenwoordig trappen, klinken steeds meer stemmen die de succesvolle kwalificatiecampagne van het Belgische elftal tegenover het succes van de Vlaams-Nationalistische N-VA plaatsen. Is voetbal de verderzetting van politiek met andere middelen of heeft Bart De Wever niets te vrezen van Vincent Kompany?
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementZijn de Rode Duivels ‘le principal rempart contre Bart De Wever aux prochaines élections’ (het belangrijkste bastion tegen Bart De Wever bij de volgende verkiezingen)? In de Franstalige pers wordt het opnieuw (hoopvol?) geopperd na de degelijke oefeninterland die de Belgen woensdag zonder verlies tegen Frankrijk wisten te spelen. Ook Vlaamse commentatoren zoals Yves Desmet en Walter Pauli verbinden de aanloop naar het Wereldkampioenschap van 2014 vlot aan de belangrijke verkiezingen die een paar weken voor de aftrap van het toernooi gehouden worden. De Pruisische generaal Carl von Clausewitz beweerde een eeuw geleden al dat oorlog de verderzetting was van politiek, maar dan met andere middelen. Geldt hetzelfde voor voetbal?
Het verband tussen voetbal en politiek komt niet uit de lucht vallen. De Rode Duivels spelen hun laatste kwalificatiematch op 15 oktober, maar als de Belgische ploeg erin slaagt het Wereldkampioenschap te halen (en daar rekenen zowat alle analisten op) dan zal de promotiecampagne voor het elftal in de maanden april en mei 2014 opnieuw op gang komen – tegelijkertijd met de politieke campagne voor de verkiezingen van 25 mei.
De Rode Duivels staan – terecht of onterecht – symbool voor een verenigd België. Anders dan in de federale politiek, lijkt samenwerking tussen de verschillende groepen in de ploeg van bondscoach Marc Wilmots geen probleem. Verschillende talen en zelfs culturele achtergronden komen er samen in de kleedkamer. Met succes, want voor het eerst in een lange tijd winnen de Belgen wedstrijden – en ondertussen spelen ze ook nog eens een aardig potje voetbal. Belgisch, maar ook jong, dynamisch en vol goede perspectieven: ziedaar een zeldzame cocktail. Politiek was nooit veraf. Vincent Kompany, de populaire aanvoerder van het Belgische team, liet zich in oktober opmerken door in een tweet Bart De Wever te parafraseren. Zijn ‘België is van iedereen, maar vanavond toch vooral van ons’ werd door zowat iedereen geïnterpreteerd als een sneer richting de N-VA-voorzitter, die bij zijn lokale verkiezingsoverwinning iets soortgelijks over Antwerpen had beweerd.
Associatiespelletje
De gewiekste communicator Elio Di Rupo heeft het politieke potentieel van de Rode Duivels al lang in de gaten. Wanneer de premier niet zelf een match bijwoont, zorgt hij er wel voor dat hij zich in de marge van een begrotingsconclaaf laat opmerken met een supportersjaal en dito pet. Ook de koninklijke hofhouding heeft het recente succes van het elftal opgemerkt: toen de Duivels begin juni tegen Servië speelden kwam Albert II voor het eerst in twaalf jaar (!) nog eens naar een wedstrijd kijken – overigens vergezeld door de helft van de Coburgclan. Verwacht wordt dat koning Philippe, die zich voorgenomen heeft actiever te communiceren, ook prominent aanwezig zal zijn bij de volgende kwalificatiematchen van de Duivels. Het Belgische establishment schurkt zich gretig aan tegen de jonge voetbalbeloften.
Belgicisten en hun handlangers die meer vertrouwen stellen in een voetbalteam dan in een federale regeringsploeg: het kan wanhopig klinken, maar dat hoeft het niet noodzakelijk te zijn. Kiescampagnes zijn een spel van associatie. De traditionele partijen zullen proberen om de N-VA te vereenzelvigen met een roekeloos separatisme, zelfs wanneer diezelfde partij luidkeels een confederaal model preekt. De N-VA zal uit alle macht proberen om het Belgische model aan de kaak te stellen – en dan hangt veel af van de sfeer die rond ‘België’ hangt.
Zal de Vlaamse kiezer het Belgische model linken aan de verhoogde belastingen, het rampzalige Dexia-dossier of het circus rond de topbenoemingen? Of zal ‘België’, met dank aan een ticket voor Brazilië en een uitgekiende mediacampagne, symbool staan voor de verrassende underdog? De kiezer is geen idioot die politiek met voetbal verwart, maar hij is wel een mens: zijn gedachten en opinies worden beïnvloed door een ruime context, waarin zelfs voetbal een rol speelt. Flaminganten kunnen dat betreuren en ze kunnen erover klagen. Zolang ze het maar niet onderschatten. Ze kunnen zichzelf tenslotte troosten: uiteindelijk heeft ook de ploeg van von Clausewitz immers weer verloren.
<Vindt u dit artikel informatief? Misschien is het dan ook een goed idee om ons te steunen. Klik hier.>
Daniël Walraeve (1988) is het pseudoniem van een brave historicus die eigenlijk maar één onhebbelijk trekje heeft: hij is een onverbeterlijke consument van traditionele media. Elke dag leest hij zowat alle kranten en elke dag wordt hij dan weer vreselijk boos om een of ander editoriaal of ander naïef opiniestuk. Hij kan er zelf echt niets aan doen, tenzij er af en toe een stukje over plegen voor Doorbraak. Stokpaardjes zijn ideologie, identiteit en samenleven.
Met een communautaire campagne graaft De Wever zijn eigen graf. Dat vertikt hij.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.