JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

The Times They Are Not Changin’

N-VA 2002-2014

Daniël Walraeve12/2/2014Leestijd 2 minuten

Door een vergissing in ons nadeel kreeg de redactie van Doorbraak een lading kranten uit 2002 bezorgd. Al hadden we dat eerst niet gemerkt. Tussen het allereerste en meest recente congres van N-VA blijkt er nog niet zoveel veranderd. 

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Lees de krantenverslagen van het oprichtingscongres van N-VA begin mei 2002 en stel vast: er is nog niet zoveel veranderd. Om te beginnen wat media-aandacht betreft: al bij al beperkt. In 2002 had de media net een aantal jaren gesmuld van de doodsreutels van de Volksunie. Het eerste meerdaagse congres van de VU-erfgenaam kreeg in dat perspectief stiefmoederlijk weinig aandacht. Kijk dan naar 2014: maandenlang wordt in de media geklaagd dat de N-VA pas tijdens een congres inhoudelijke lijnen vastlegt maar wanneer het langverwachte moment dan aanbreekt, blijft de verslaggeving beperkt.

Andere gelijkenis: de congresvoorzitter. Weinige verslagen in 2002 vermelden de naam van de jonge historicus die het congres van Leuven voorzit. In 2014 bestaat het de VRT dan weer om verslag uit te brengen van het N-VA-congres zonder de alomgeprezen Ben Weyts in beeld te brengen. Weyts kan zich troosten met de gedachte dat het de vorige congresvoorzitter, Bart De Wever, ook niet slecht bekomen is.

Ook de partij lijkt niet erg veranderd te zijn tussen 2002 en 2014. Zo deden de leden ook in 2002 al hun best om het congres te saboteren met een karrevracht van maar liefst 1300 amendementen  – een onhebbelijk democratisch trekje dat de N-VA’ers ook in 12 jaar niet hebben afgeleerd. Dat tegendraads gedrag wordt – zowel toen als nu – wel gecompenseerd met een overdosis kinderlijk enthousiasme. De Standaard meldt: ‘de congresgangers applaudisseren graag en lang’. Het citaat komt uit 2002, maar had net zo goed op 2014 kunnen slaan. Ook een greep uit de congresbeslissingen oogt vervelend uniform: N-VA was in 2002 ook al bezig met het aan banden leggen van de monarchie en het hameren op integratievereisten. Zelfs de randanimatie verschilt tussen 2002 en 2014 niet: stemmenimitator Dirk Denoyelle fleurde ook al het congres van Leuven op – al hopen verschillende congresgangers na editie 2014 wellicht dat de partij volgende keer een andere komiek zoekt.

Het is echter vooral de teneur van het allereerste N-VA-congres die vertrouwd in de oren klinkt voor de oplettende burger uit 2014. Wat bijvoorbeeld te denken van dit fragment uit het congresverslag van De Tijd: ‘Bourgeois zette de deur open voor bedrogen VLD-kiezers, CD&Vers die kiezen voor een rechtlijnige politiek, Vlaams Blokers die vaststellen dat de partij rechts extremisme belangrijker vindt dan Vlaamsgezindheid, en kiezers die de rood-groene betutteling beu zijn’. Nou, dat kan zo op de debatfiche voor De Stemtest 2014. De Morgen had dan toch Bart De Wever opgemerkt en gunde hem zelf een quote in de krant: ‘Onze ideeën zijn gevaarlijk voor wie een hypotheek legt op Vlaanderen’ – al een geluk dat stelen van jezelf geen plagiaat is, want De Wever zei op het congres in 2014 nog eens krek hetzelfde.

De N-VA kan blij zijn met de eigen rechtlijnigheid. In tegenstelling tot andere partijen blijkt de partij al de hele eigen geschiedenis lang min of meer hetzelfde verhaal te vertellen. Maar misschien moet de partij zich net daarom ook zorgen maken. Voor een politieke alliantie die zo expliciet en vurig de verandering predikt, is een schrijnend gebrek aan verandering geen beste reclame. Vooralsnog kan de N-VA verzachtende omstandigheden pleiten: zo moesten er eerst wonden worden gelikt, en verrijzen uit de as van een uiteengevallen Volksunie kost ook wat tijd. Maar toch. Als we binnen enkele jaren, bij het volgende meerdaagse congres van N-VA, nog steeds in hetzelfde land leven, moet de partij misschien toch op zoek naar een andere uitdaging. Een partij kan immers niet eeuwig ‘gevaarlijk’ blijven, en dan nooit eens brokken maken.

Foto: © Reporters

 

Daniël Walraeve (1988)  is het pseudoniem van een brave historicus die eigenlijk maar één onhebbelijk trekje heeft: hij is een onverbeterlijke consument van traditionele media. Elke dag leest hij zowat alle kranten en elke dag wordt hij dan weer vreselijk boos om een of ander editoriaal of ander naïef opiniestuk. Hij kan er zelf echt niets aan doen, tenzij er af en toe een stukje over plegen voor Doorbraak. Stokpaardjes zijn ideologie, identiteit en samenleven. 

Commentaren en reacties