Prinses Clementijntje
Benno Barnard vertelt in zijn dagboek over Prinses Clementijntje.
De ‘Rondkoppen’ waren de puriteinen die de Engelse burgeroorlog zouden winnen onder leiding van Cromwell. Hun vreugdeloze afstammelingen hebben een nieuw slachtoffer gevonden.
Tussen België en Nederland: op pad voor mijn nieuwste boek, met als omslag de biddende Frans-Jozef tegen een bloedrood dat enkel Europa kan voorstellen.
Tussen dreigende Andalusische bergen, waar het katholicisme de Moren verdreef en het nu postuum voortleeft, en waar avocado olijfbomen vervangt.
Een bezoek aan het Alhambra is verplichte kost. We beklimmen de steile heuvel die naar het complex leidt, want ‘wandelen is gezond’.
Jeroen Brouwers en ik: twee schrijvers, koppige mensen, wier paden zich scheidden – en weer kruisten. Ook na zijn dood, nu we weer vrienden zijn.
Waarin de auteur nog even stilstaat in Boedapest om vervolgens een verjaardag te vieren in het Lake District.
Het Praag van toen: dat loogbad waarin ondoordachte rode sympathieën oplosten maar waar het voor ons, naïeve westerse studenten, feest was.
Van Hongarije naar Servië – van het Hongaarse Boedapest naar het Servisch-Hongaarse, prachtig ontoeristisch gebleven Subotica / Szabadka.
Na decennia terug in Boedapest. Stad, rijk aan traditie, met aristocratisch en communistisch verleden: stad van weerzien met oude vrienden.
Waarin de auteur net een hap Korma curry wil nemen als de telefoon plots nieuws meldt. De Queen is dood.
De auteur is van zijn geliefde gescheiden door een oceaan, ziet hoe Rushdie wordt neergestoken en zoekt troost in Zuid-Engelse welvingen.
Hoe je namen van overleden vrienden in je adressenboek koestert en hoe onderwijsboeken grote dichters schrappen in naam van de diversiteit.
De schrijver omhelst zijn oude vriend, het kwetsbare beertje Paddington en een stokoude Queen en vindt troost in een dolgedraaide wereld.
De auteur verblijft in het oude Joodse Krakau waar vluchtelingen van een nieuwe oorlog door de coulissen van de Holocaustindustrie zwerven.
Hoe de auteur in het spoor van Joseph Roth en Stefan Zweig door België trekt met in zijn kielzog oorlogsdemonen van vroeger en nu.
In de Amerikaanse wereld van zijn zoon wordt de auteur geconfronteerd met de morele dilemma’s van slavernij en verlichte plantagehouders.
Benno Barnard en Yves T’sjoen in gesprek over dekolonisatie. ‘Plaatsen van beschaafd meningsverschil, waarheen zijt gij gevloden?’
Terwijl een storm over het oude continent raast, kauwt de auteur op woorden als ‘vaderland’ en hunkert hij naar zijn afwezige geliefden.
Terwijl de storm aanzwelt in Europa en Rusland verdiept de auteur zich in de ziel van opgejaagde blikken muizen & verpletterde roodborstjes.
Terwijl Poetin de Westerse grenzen aftast, dribbelt de auteur met zijn Russische vriend Michail langs de krijtlijnen van het oude tsarendom.
Waarin de auteur balanceert tussen het heilige en het rationele: een eindeloze sliding van Erdoğans Istanbul tot Darwins evolutietheorie.
De auteur verliest vrienden aan complotdenken en aan de dood maar vindt troost in de herinneringen aan het verleden en aan een toekomst.
Na lange pandemische maanden steekt de schrijver het kanaal over en heeft in België beklijvende ontmoetingen met beklijvende personen.
De jarige auteur filosofeert met de katholieke schrijver Graham Greene over mirakels en vindt onverhoeds een ‘opgeladen’ rozenkrans.
Hoe de auteur niet alleen covid blijk te hebben, maar ook één van zijn gedichten door een Engelse uitgever geweigerd wordt wegens ‘aanstootgevend’.
Dankzij deze voorbeeldige biografie gaat De Bom u interesseren én leert u veel over een cruciale periode in de Vlaamse geschiedenis.
Engelse kinderboeken waarin de dag 25 uren telt, voeren de auteur naar tijden zonder Brexit waarin Engeland werkelijk gerantsoeneerd werd.
In de dagen waarin een conservatief parlementslid werd doodgestoken, eist de Belgische pensioendienst bewijs dat de auteur B. Barnard leeft.
De auteur converseert met dokter Mohammed over het paradijs en een honderdjarige joodse filmmaker vat de essentie van Heimat.